SECTIE D         TEXTIEL; PAPIER

 

              Aantekening

 

              In deze Sectie worden de volgende termen gebruikt met de aangegeven betekenissen:

              -         “vezel” betekent een relatief kort, gestrekt lichaam van natuurlijk of kunstmatig materiaal;

              -         “filament” betekent een eindloos of zogenaamd eindloos, gestrekt lichaam van natuurlijk of kunstmatig materiaal;

              -         “garen” betekent een gelijkmatig stelsel van vezels, dat gewoonlijk wordt geproduceerd door spinnen;

              -         “draad” betekent een stelsel van garens of filamenten, dat gewoonlijk wordt geproduceerd door twisten;

              -         “synthetische vezels of filamentvezels” betekent vezels of filamenten en dergelijke, die zijn gemaakt uit synthetiserende polymeren of moleculen. Voorbeelden zijn polyamidevezels, acrylvezels, polyestervezels of koolstofvezels;

              -         “kunstvezels of kunstfilamenten” betekend vezels of filamenten, die door mensen zijn gemaakt uit natuurlijke polymeren of hun derivaten. Voorbeelden zijn geregenereerde cellulosevezels of half-synthetische vezels;

              -         “door mensen gemaakte vezels of filamenten” betekent vezels of filamenten, die zijn gemaakt door de mens, inclusief “synthetische vezels” of “kunstvezels”.

 

TEXTIEL OF NIET ELDERS ONDERGEBRACHTE FLEXIBELE MATERIALEN

 

D 03        WEVEN

 

D 03 J     HULPWEEFAPPARATUUR; WEVERSGEREEDSCHAP; SCHIETSPOELEN 

D 03 J       1/00                    Hulpapparatuur gecombineerd of in samenhang met weefgetouwen

D 03 J       1/02                    .    voor het behandelen van de ketting, bijv. reinigen of bevochtigen

D 03 J       1/04                    .    voor het behandelen van de inslag

D 03 J       1/06                    .    voor het behandelen van weefsel (snijden van de pool op het weefgetouw D03D 39/24)

D 03 J       1/08                    .    .    voor het splitsen van weefsel

D 03 J       1/10                    .    voor het aanduiden van patronen aan de wever

D 03 J       1/12                    .    waarbij klossen worden doorgevoerd tussen weefgetouw en wikkelstation (kloswikkelmachines B65H)

D 03 J       1/13                    .    voor het kruisen van de ketting (kruisen in het algemeen D02H 9/00) [2]

D 03 J       1/14                    .    Apparatuur voor het aanrijgen van de hangdraden van kettingnoodstops, de kamschachten of de weverskammen

D 03 J       1/16                    .    Apparatuur voor het samenvoegen van kettinguiteinden (knoopgereedschap D03J 3/00)

D 03 J       1/18                    .    .    voor het samenvoegen van een complete reeks nieuwe kettingdraden aan de verbruikte kettingdraden, bijv. door knopen

D 03 J       1/20                    .    Meten van de lengte van weefsel of van het aantal geweven inslagen

D 03 J       1/22                    .    Tempels of breedhouders

D 03 J       1/24                    .    Spiegels of andere voorzieningen voor het inspecteren van delen van een weefgetouw 

D 03 J       3/00                    Weversgereedschap, bijv. knoopgereedschap

D 03 J       3/02                    .    Weverskamhaken en kamschachthaken

D 03 J       3/04                    .    Aanrijggereedschap voor schietspoelen (aanrijginrichtingen in schietspoelen D03J 5/20)

 

D 03 J       5/00                    Schietspoelen (swivel schietspoelen D03D 31/00; schietspoelen voor weefgetouwen voor klein werk D03D 35/00; schietspoelen voor cirkelvormige weefgetouwen D03D 37/00; zelfkantschietspoelen D03D 47/46)

D 03 J       5/02                    .    Constructie van het schietspoellichaam

D 03 J       5/04                    .    .    Uiteinden van schietspoelen

D 03 J       5/06                    .    Blinde schietspoelen; Schietspoelen met een grijper

D 03 J       5/08                    .    Steunen voor inslagspoelen, klossen of spoelen

D 03 J       5/10                    .    .    Pennen of spindels

D 03 J       5/12                    .    .    .    verwijderbaar

D 03 J       5/14                    .    .    .    draaibaar

D 03 J       5/16                    .    .    Klosklemmen, bijv. voor schietspoelen in weefgetouwen waarin automatisch de klos wordt verwisseld

D 03 J       5/18                    .    .    voor cops zonder kern, d.w.z. schietspoelen zonder pen of klosklem

D 03 J       5/20                    .    Inrichtingen in schietspoelen voor het aanrijgen (apart gereedschap voor het aanrijgen van schietspoelen D03J 3/04)

D 03 J       5/22                    .    .    voor het zelf aanrijgen, d.w.z. automatisch aanrijgen als de schietspoel wordt ingeslagen

D 03 J       5/24                    .    Spaninrichtingen