SECTIE G FYSICA
(1)
In deze Sectie owrdt de volgende uitdrukking gebruikt met de
aangegevens betekenis:
- “variabele” (als een
zelfstand naamwoord) betekent een kenmerk of eigenschap (bijv. een dimensie, een
fysische toestand zoals temperatuur, een kwaliteit zoals dichtheid of kleur),
die met betrekking tot een bepaalde entiteit (bijv. een object, een hoeveelheid
van een substantie, een lichtstraal) en op een bepaald ogenblik, kan worden
gemeten; de variabele kan veranderen, zodat de numerieke uitdrukking ervan
verschillende waarden op verschillende tijden, onder verschillende condities of
in afzonderlijke gevallen kan aannemen, maar kan constant zijn met betrekking
tot een specifieke entiteit onder bepaalde omstandigheden of voor specifieke
doeleinden (bijv. de lengte van een staaf mag als constant worden beschouwd
voor vele doeleinden).
(2) De aandacht wordt gevestigd op de
definities van gebruikte termen of uitdrukkingen. Sommige komen voor in de
Aantekeningen van diverse klassen in deze Sectie, zie in het bijzonder de
definitie van “meten” in klasse G01. Andere komen voor in § 187 van de Gids voor de IPC, zie in het bijzonder de definitie van
“regelen”. [17]
(3) Klassering in deze Sectie kan moeilijker blijken
dan in andere Secties, omdat het onderscheid tussen verschillende
toepassingsgebieden in belangrijker mate afhankelijk is van de bedoeling van de
gebruiker dan op enig constructief verschil of gebruiksverschil, en omdat de
behandelde onderwerpen vaak deel uitmaken van systemen of combinaties, met
gezamenlijke kenmerken of delen, meer dan “dingen”die als geheel gemakkelijk
zijn te onderscheiden. Bijvoorbeeld, informatie (bijv. een stel figuren) kan
worden getoond met het doel van onderwijs of reclame (G09), om het resultaat
van een meting bekend te maken (G01), voor het signaleren van de informatie
naar een punt op afstand of het geven van gesignaleerde informatie vanaf een
punt op afstand (G08). De gebruikte woorden om het doel te beschrijven hangen af
van aspecten die irrelevant kunnen zijn voor de vorm van het betreffende
apparaat, bijv. aspecten zoals het gewenste effectop de persoon die naar de
afbeelding kijkt, of of de afbeelding op afstand wordt geregeld. Nogmaals, een
inrichting die in zekere mate op een toestand reageert, bijv. op de druk van
een fluïdum, kan zonder wijziging aan de inrichting zelf worden gebruikt om
informatie te geven over de druk (G01L) of over een andere toestand die
gekoppeld is aan de druk (een andere subklasse van G01, bijv. G01K voor de
temperatuur), om een opname te maken van de druk of het voorkomen daarvan
(G07C), om een alarm te geven (G08B) of om een andere apparaat aan te sturen
(G05).
Het
klasseringsschema is bedoeld om zaken van soortgelijke aard (zoals hierboven
aangegeven) bij elkaar te kunnen klasseren. Het is daarom in het bijzonder
noodzakelijk eerst over de werkelijke aard van enig technisch onderwerp te
beslissen voordat er goed geklasseerd kan worden.
G 02 OPTICA [11]
Aantekening
In deze klasse wordt de volgende
uitdrukking gebruikt met de aangegeven betekenis:
-
“optisch”
slaat niet alleen op zichtbaar licht maar tevens op ultravioletstraling of
infraroodstraling. [4]
G 02 B OPTISCHE
ELEMENTEN, SYSTEMEN OF APPARATUUR (G02F heeft voorrang; speciaal aangepaste
optische elementen voor gebruik in verlichtingsinrichtingen of systemen daarvan
F21V 1/00 tot F21V 13/00; zie voor meetinstrumenten de relevante subklasse van
klasse G01, bijv. optische afstandmeters G01C; testen van optische elementen,
systemen of apparatuur G01M 11/00; brillen G02C; apparatuur of voorzieningen
voor het nemen van foto’s of voor het projecteren of bekijken daarvan G03B;
geluidslenzen G10K 11/30; elektronen-”optica” en ionen-”optica” H01J; röntgen-”optica”
H01J of H05G 1/00; optische elementen die structureel zijn gecombineerd met
elektrische ontladingsbuizen H01J 5/16, H01J 29/89 of H01J 37/22;
microgolf-”optica” H01Q; combinatie van optische elementen met
televisieontvangers H04N 5/72; optische systemen of voorzieningen in
kleurentelevisiesystemen H04N 9/00; speciaal aangepaste
verwarmingsvoorzieningen voor transparante of reflecterende gebieden H05B 3/84)
[7]
Aantekening
(1) In deze subklasse worden de volgende termen of uitdrukkingen
gebruikt met de aangegeven betekenissen:
- “enkelvoudige lens of prisma” betekent één lens of prisma;
- “samengestelde lens of samengesteld prisma” betekent een
optisch lichaam waarvan de bestanddelen ofwel dicht tegen elkaar liggen zonder
luchtruimte ofwel (behalve in groep G02B 11/00) “in onderbroken contact” met
elkaar staan, d.w.z. waarbij de luchtruimte tussen de bestanddelen geen
essentiële optische invloed heeft;
- “objectief” betekent een lens of een optisch systeem dat is
ontworpen voor het produceren van een reële afbeelding van een reëel object;
- “oculair” betekent een lens of een optisch systeem dat is
ontworpen voor het produceren van een virtuele afbeelding die met het oog of
een ander optisch systeem kan worden bekeken;
- “voor” of “achter” worden bepaald door het bekijken vanuit
een meer op afstand staand corresponderend gezichtspunt.
(2) De aandacht wordt gevestigd op de Aantekeningen volgend op de
titels van klasse B81 en subklasse B81B met betrekking tot “microstructurele
inrichtingen” en “microstructurele systemen”. [7,17]
G 02 B 1/00 Optische elementen die
worden gekenmerkt door het materiaal waarvan zij zijn gemaakt (samenstellingen van
optisch glas C03C 3/00); Optische coatings voor optische elementen
G 02 B 1/02 . gemaakt van kristallen, bijv. steenzout of halfgeleiders (G02B
1/08 heeft voorrang)
G 02 B 1/04 . gemaakt van organische materialen, bijv. kunststoffen (G02B 1/08
heeft voorrang)
G 02 B 1/06 . gemaakt van fluïda in transparante cellen
G 02 B 1/08 . gemaakt van polariserende materialen
G 02 B 1/10 . Optische coatings die worden geproduceerd door toepassing van, of
oppervlaktebehandeling van, optische elementen (G02B 1/08 heeft voorrang)
G 02 B 1/11 . . Anti-reflecterende
coatings [6]
G 02 B 1/111 . . . gebruikmakend van lagen die organische
materialen bevatten [15]
G 02 B 1/113 . . , alleen gebruikmakend van lagen van
anorganische materialen [15]
G 02 B 1/115 . . . . Meerdere
lagen [15]
G 02 B 1/116 . . . . . met elektrisch geleidende lagen [15]
Aantekening
Als elektrisch geleidende lagen
tevens een anti-statisch effect tonen, wordt tevens geklasseerd in de groep
G02B 1/16. [15]
G 02 B 1/118 . . . met suboptische golflengte-oppervlaktestructuren,
die zijn ontworpen voor een verbeterde overdracht, bijv, moth eye structuren
[15]
G 02 B 1/12 . . door
oppervlaktebehandeling, bijv. door bestraling
G 02 B 1/14 . . Beschermende
coatings,
bijv. harde coatings [15]
G 02 B 1/16 . . met
een anti-statisch effect, bijv. Elektrisch geleidende coatings [15]
G 02 B 1/18 . . Coatings
om optische oppervlakken schoon te houden, bijv. hydrofobe of foto-katalytische
films (G02B
1/16 heeft voorrang) [15]
G 02 B 3/00 Enkelvoudige of
samengestelde lenzen
(kunstogen A61F 2/14; brillenglazen of contactlenzen voor de ogen G02C;
horlogeglazen of uurwerkglazen G04B 39/00)
G 02 B 3/02 . met niet-bolvormige vlakken (G02B 3/10 heeft voorrang)
G 02 B 3/04 . . met continue vlakken
met rotatie-symmetrie, maar die afwijken van een echte bolvorm
G 02 B 3/06 . . met cilindrische of
toroïde vlakken
G 02 B 3/08 . . met discontinue
vlakken, bijv. een Fresnel-lens
G 02 B 3/10 . Dubbelfocuslenzen; Multifocuslenzen
G 02 B 3/12 . Met een fluïdum gevulde lenzen of vacuümlenzen
G 02 B 3/14 . . met een variabele
brandpuntafstand
G 02 B 5/00 Andere optische elementen
dan lenzen
(lichtgeleiders G02B 6/00; optische logische elementen G02F 3/00) [4]
G 02 B 5/02 . Diffusie-elementen; Elementen zonder focus
G 02 B 5/04 . Prisma’s
G 02 B 5/06 . . Met een fluïdum gevulde
prisma’s of vacuümprisma’s
G 02 B 5/08 . Spiegels
G 02 B 5/09 . . Meervoudig van meerdere
facetten voorziene of veelhoekige spiegels [6]
G 02 B 5/10 . . met gebogen vlakken
G 02 B 5/12 . Spiegelbeeldreflectoren
G 02 B
5/122 . . met
cube corner, drievlakkig of met een
drievoudige terugkaatsing [2]
G 02 B
5/124 . . . waarbij meerdere terugkaatsingselementen
deel uitmaken van een gelijkmatige plaat of gelijkmatig vel [2]
G 02 B
5/126 . . waarbij
sprake is van een gekromd brekingsvlak [2]
G 02 B
5/128 . . . waarbij transparante bolletjes zijn ingebed
in een matrix [2]
G 02 B 5/13 . . . waarbij gekromde brekingselementen deel uitmaken
van een gelijkmatig lichaam [2]
G 02 B
5/132 . . . met aparte bevestigingsmiddelen voor de
reflector [2]
G 02 B
5/134 . . . . waarbij
sprake is van een geschroefd bevestigingslichaam [2]
G 02 B
5/136 . . waarbij
meerdere terugkaatsingselementen deel uitmaken van een gelijkmatig lichaam
(G02B 5/124 heeft voorrang) [2]
G 02 B 5/18 . Diffractieroosters
G 02 B 5/20 . Filters (polarisatie-elementen G02B 5/30; speciaal aangepaste
filters voor de fotografie G03B 11/00)
G 02 B 5/22 . . Absorptiefilters
G 02 B 5/23 . . . Kleurenfilters [2]
G 02 B 5/24 . . . Vloeistoffilters (G02B 5/23 heeft voorrang) [2]
G 02 B 5/26 . . Reflectiefilters (G02B
5/28 heeft voorrang)
G 02 B 5/28 . . Interferentiefilters
G 02 B 5/30 . Polarisatie-elementen (lichtmodulatie-inrichtingen G02F 1/00)
G 02 B 5/32 . Hologrammen die worden gebruikt als optische elementen (processen
of apparatuur voor het produceren van hologrammen G03H) [2]
G 02 B 6/00 Lichtgeleiders; Structurele details
van voorzieningen die lichtgeleiders en andere optische elementen bevatten,
bijv. koppelingen
[4,6]
G 02 B 6/02 . Optische vezels met een mantel (mechanische structuren die zorgen
voor treksterkte en uitwendige bescherming G02B 6/44) [4,8]
G 02 B
6/024 . . met
polarisatie-behoudende eigenschappen [8]
G 02 B
6/028 . . met
een kern of mantel met gelaagde brekingsindex [8]
G 02 B
6/032 . . met
een niet-vaste kern of mantel [8]
G 02 B
6/036 . . met
een kern of mantel bestaande uit meerdere lagen [8]
G 02 B 6/04 . gevormd door vezelbundels (G02B 6/24 heeft voorrang) [4]
G 02 B 6/06 . . waarbij de relatieve
positie van de vezels aan beide uiteinden hetzelfde is, bijv. voor het
transporteren van beelden [4]
G 02 B 6/08 . . . met een vezelbundel in de vorm van een plaat
[4]
G 02 B 6/10 . in de vorm van een optische golfgeleider (G02B 6/02 en G02B 6/24
hebben voorrang; inrichtingen of voorzieningen voor het regelen van licht door
elektrische, magnetische, elektromagnetische of akoestische middelen G02F 1/00;
doorgeven van de modulatie van gemoduleerd licht G02F 2/00; optische logische
elementen G02F 3/00; optische analoog/digitaal-omvormers G
G 02 B 6/12 . . als een geïntegreerd
circuit (produceren of verwerken van losse kristallen C30B; elektrische
geïntegreerde circuits H01L 27/00) [4]
G 02 B
6/122 . . . Optische basiselementen, bijv.
lichtgeleider-paden [6]
G 02 B
6/124 . . . . Geodetische
lenzen of geïntegreerde buigingsroosters [6]
G 02 B
6/125 . . . . Bochten,
vertakkingen of kruispunten [6]
G 02 B
6/126 . . . gebruikmakend van polarisatie [6]
G 02 B 6/13 . . . Geïntegreerde optische circuits die worden
gekenmerkt door de fabricagemethode [6]
G 02 B
6/132 . . . . door
afzetting van een dunne film [6]
G 02 B
6/134 . . . . door
vervanging door dotatie-atomen [6]
G 02 B
6/136 . . . . door
etsen [6]
G 02 B
6/138 . . . . door
gebruik te maken van polymerisatie [6]
G 02 B 6/14 . . Modusomvormers [4]
G 02 B 6/24 . Koppelen van lichtgeleiders (voor elektrische golfgeleiders H01P
1/00) [4,5]
G 02 B
6/245 . . Verwijderen
van beschermende afdekkingen van lichtgeleiders vóór koppeling [5]
G 02 B 6/25 . . Voorbereiden van de
uiteinden van lichtgeleiders voor het koppelen, bijv. snijden [5]
G 02 B
6/255 . . Lassen
van lichtgeleiders, bijv. door versmelten of verlijmen [5]
G 02 B 6/26 . . Optische koppelmiddelen
(G02B 6/36 en G02B 6/42 hebben voorrang) [4]
G 02 B 6/27 . . . met polarisatie-selectieve middelen en stelmiddelen
(polarisatie-elementen in het algemeen G02B 5/30; polarisatiesystemen in het
algemeen G02B 27/28; optische polarisatiemultiplexsystemen H04J 14/06) [6]
G 02 B 6/28 . . . met gegevenskoppelmiddelen, d.w.z. meerdere
golfgeleiders die onderling zijn verbonden en die zorgen voor een inherent
tweerichting-systeem door het mengen en splitsen van signalen [4]
G 02 B
6/287 . . . . Opbouwen
van lichtgeleiders voor het vormen van optische elementen met warmtetoepassing
(G02B 6/255 heeft voorrang) [6]
G 02 B
6/293 . . . . met
golflengte-selectieve middelen (zie voor gebruikelijke optische elementen de
relevante subgroepen van deze subklasse; optische multiplexsystemen met
golflengtedeling H04J 14/02) [6]
G 02 B 6/30 . . . voor gebruik tussen een vezel en een
dunne-filminrichting [4]
G 02 B 6/32 . . . met scherpstelmiddelen voor lenzen [4]
G 02 B 6/34 . . . door het benutten van een prisma of
buigingsrooster [4]
G 02 B 6/35 . . . met schakelmiddelen (optisch schakelen in
het algemeen G02B 26/08; door het veranderen van de optische eigenschappen van
het medium G02F 1/00) [6]
G 02 B 6/36 . . Mechanische
koppelmiddelen (G02B 6/255 en G02B 6/42 hebben voorrang) [4,5]
G 02 B 6/38 . . . met middelen voor het corresponderend
koppelen van vezels [4]
G 02 B 6/40 . . . met middelen voor het corresponderend
koppelen van vezelbundels [4]
G 02 B 6/42 . . Koppelen van
lichtgeleiders met opto-elektronische elementen [4]
G 02 B 6/43 . . . Voorzieningen die meerdere
opto-elektronische elementen en daarmee samenhangende optische onderlinge
verbindingen bevatten (licht-uitstralende of lichtgevoelige
halfgeleiderinrichtingen H01L 27/00, H01L 31/00 of H01L 33/00;
halfgeleiderlasers die monolithisch zijn ingebouwd in andere componenten H01S
5/026) [6]
G 02 B 6/44 . Mechanische structuren die zorgen voor treksterkte en uitwendige
bescherming voor vezels, bijv. optische transmissiekabels (kabels met
ingebouwde elektrische geleiders en optische vezels H01B 11/22) [4]
G 02 B 6/46 . Aangepaste processen of apparatuur voor het installeren van
optische vezels of optische kabels (installeren van kabels die elektrische
geleiders en optische vezels bevatten H02G) [6]
G 02 B 6/48 . . Bovengrondse
installaties [6]
G 02 B 6/50 . . Ondergrondse
installaties of onderwaterinstallaties; Installaties via buizen, leidingen of
goten [6]
G 02 B 6/52 . . . gebruikmakend van een fluïdum, bijv. lucht
[6]
G 02 B 6/54 . . . gebruikmakend van mechanische middelen,
bijv. trekinrichtingen of duwinrichtingen [6]
G 02 B 7/02 . voor lenzen
G 02 B 7/04 . . met een mechanisme voor
het scherpstellen of variëren van de vergroting [2]
G 02 B 7/06 . . . Scherpstellen van binoculaire paren
G 02 B 7/08 . . . aangepast voor samenwerking met een
regelmechanisme op afstand
G 02 B 7/09 . . . aangepast voor het automatisch scherpstellen
of variëren van de vergroting (automatisch opwekken van scherpstelsignalen G02B
7/28) [5]
G 02 B 7/10 . . . door het relatief axiaal bewegen van diverse
lenzen, bijv. van een varifocus-objectieflens
G 02 B
7/105 . . . . met
speciaal aangepaste, beweegbare lensmiddelen voor scherpstelling bij kleine
afstanden [4]
G 02 B 7/12 . . Verstellen van de
pupilafstand van binoculaire paren
G 02 B 7/14 . . aangepast voor het
uitwisselen van lenzen
G 02 B 7/16 . . . Draaibare koepels
G 02 B 7/18 . voor prisma’s; voor spiegels
G 02 B
7/182 . . voor
spiegels (optische inrichtingen of voorzieningen waarbij gebruik wordt gemaakt
van beweegbare of vervormbare optische elementen voor het regelen van de
intensiteit, kleur, fase, polarisatie of richting van licht G02B 26/00) [5]
G 02 B
7/183 . . . speciaal aangepast voor zeer grote spiegels,
bijv. voor de astronomie (G02B 7/185, G02B 7/192 en G02B 7/198 hebben voorrang)
[6]
G 02 B
7/185 . . . met middelen voor het verstellen van de vorm
van het spiegelvlak (spiegels met gebogen vlakken G02B 5/10) [5]
G 02 B
7/188 . . . . Membraanspiegels
[5]
G 02 B
7/192 . . . met middelen voor het minimaliseren van
inwendige spanningen in de spiegel [5]
G 02 B
7/195 . . . . Door
een fluïdum gekoelde spiegels [5]
G 02 B
7/198 . . . met middelen voor het verstellen van de
spiegel ten opzichte van de ondersteuning [5]
G 02 B 7/20 . Lichtdichte verbindingen voor beweegbare optische elementen
G 02 B 7/22 . . Uittrekbare
verbindingen, bijv. een balg
G 02 B 7/24 . . Draaibare verbindingen
G 02 B 7/28 . Systemen voor het automatisch opwekken van scherpstelsignalen
(meten van afstand op zich G01C of G01S; zie bij gebruikmaking van dergelijke
signalen voor het regelen van het brandpunt van specifieke apparatuur de
subklassen voor de apparatuur, bijv. G03B of G03F) [5]
G 02 B 7/30 . . gebruikmakend van een
parallactische driehoek met een basis [5]
G 02 B 7/32 . . . gebruikmakend van actieve middelen, bijv.
een lichtemitter [5]
G 02 B 7/34 . . gebruikmakend van
verschillende gebieden in een pupilvlak [5]
G 02 B 7/36 . . gebruikmakend van
beeldscherptetechnieken [5]
G 02 B 7/38 . . . gemeten bij verschillende punten op de
optische as [5]
G 02 B 7/40 . . gebruikmakend van
tijdsvertraging van de teruggekaatste golven, bijv. van ultrasoon-golven [5]
G 02 B 9/00 Optische objectieven die
worden gekenmerkt door zowel het aantal componenten als hun opstellingen in
overeenstemming met hun teken, d.w.z. + of - (G02B 13/00 en G02B 15/00 hebben
voorrang)
Aantekening
In deze groep is een component een
enkelvoudige lens of een samengestelde lens, of een gedeelde lens die
vergelijkbaar is met een enkelvoudige of een samengestelde lens.
G 02 B 9/02 . met slechts één + component (enkelvoudige lenzen G02B 3/00)
G 02 B 9/04 . met slechts twee componenten
G 02 B 9/06 . . twee + componenten
G 02 B 9/08 . . . aangebracht rond een aanslag
G 02 B 9/10 . . één + en één -
component
G 02 B 9/12 . met slechts drie componenten
G 02 B 9/14 . . in een + - + opstelling
G 02 B 9/16 . . . waarbij alle componenten enkelvoudig zijn
G 02 B 9/18 . . . waarbij slechts één component een
samengestelde lens bevat (G02B 9/30 heeft voorrang)
G 02 B 9/20 . . . . waarbij
de achterste component de samengestelde lens bevat
G 02 B 9/22 . . . . waarbij
de middelste component de samengestelde lens bevat
G 02 B 9/24 . . . waarbij twee van de componenten een
samengestelde lens bevatten (G02B 9/30 heeft voorrang)
G 02 B 9/26 . . . . waarbij
de voorste en de achterste componenten samengestelde lenzen bevatten
G 02 B 9/28 . . . . waarbij
de middelste en de achterste componenten samengestelde lenzen bevatten
G 02 B 9/30 . . . waarbij de middelste component een
samengestelde - meniscus is met een + lens
G 02 B 9/32 . . . . waarbij
de + lens een meniscus is
G 02 B 9/34 . met slechts vier componenten
G 02 B 9/36 . . in een + - - +
opstelling
Aantekening
In deze groep heeft de eerst
toepasselijke groep voorrang.
G 02 B 9/38 . . . waarbij beide - componenten een meniscus
zijn
G 02 B 9/40 . . . . waarbij
één - component samengesteld is
G 02 B 9/42 . . . . waarbij
twee - componenten samengesteld zijn
G 02 B 9/44 . . . waarbij beide - componenten biconcaaf zijn
G 02 B 9/46 . . . . waarbij
één - component samengesteld is
G 02 B 9/48 . . . . waarbij
twee - componenten samengesteld zijn
G 02 B 9/50 . . . waarbij beide + componenten een meniscus
zijn
G 02 B 9/52 . . . waarbij de achterste + component
samengesteld is
G 02 B 9/54 . . . waarbij de voorste + component samengesteld
is
G 02 B 9/56 . . . waarbij alle componenten enkelvoudige lenzen
zijn
G 02 B 9/58 . . in een - + + -
opstelling
G 02 B 9/60 . met slechts vijf componenten
G 02 B 9/62 . met zes componenten
G 02 B 9/64 . met meer dan zes componenten
G 02 B 11/00 Optische
objectieven die worden gekenmerkt door het totale aantal enkelvoudige en
samengestelde lenzen die het objectief vormen en hun opstelling (G02B 9/00 heeft
voorrang; met slechts één enkelvoudige lens G02B 3/00)
In de groepen G02B 11/02 tot G02B
11/34 worden losstaande lenzen apart geteld. Eenvoudige lenzen worden aangeduid
met een L, samengestelde lenzen met een C, waarbij de voorste lens het eerst
wordt genoemd.
G 02 B 11/02 . met slechts twee lenzen
G 02 B 11/04 . . in
een C C opstelling
G 02 B 11/06 . met slechts drie lenzen
G 02 B 11/08 . . in
een L L L opstelling
G 02 B 11/10 . . in
een L C L opstelling
G 02 B 11/12 . . in
een L L C opstelling
G 02 B 11/14 . . in
een C L C opstelling
G 02 B 11/16 . . in
een C C L opstelling
G 02 B 11/18 . . in
een C C C opstelling
G 02 B 11/20 . met slechts vier lenzen
G 02 B 11/22 . . in
een L L L L opstelling
G 02 B 11/24 . . in
een C L L C opstelling
G 02 B 11/26 . . in
een L C C L opstelling
G 02 B 11/28 . . in
een C C C C opstelling
G 02 B 11/30 . met slechts vijf lenzen
G 02 B 11/32 . met slechts zes lenzen
G 02 B 11/34 . met meer dan zes lenzen
G 02 B 13/00 Speciaal
ontworpen optische objectieven voor de hieronder beschreven doeleinden (met variabele
vergroting G02B 15/00)
G 02 B 13/02 . Telelensobjectieven, d.w.z. + - systemen
waarbij de afstand tussen het voorste toppunt en het beeldvlak kleiner is dan
de overeenkomstige brandpuntafstand
G 02 B 13/04 . Omgekeerde telelensobjectieven
G 02 B 13/06 . Panorama-objectieven; Zogenaamde “volglenzen
“
G 02 B 13/08 . Anamorfotische objectieven
G 02 B 13/10 . . waarbij
sprake is van prisma’s (G02B 13/12 heeft voorrang)
G 02 B 13/12 . . met
variabele vergroting
G 02 B 13/14 . voor gebruik met infraroodstraling of
ultravioletstraling (G02B 13/16 heeft voorrang)
G 02 B 13/16 . voor gebruik in samenhang met beeldomvormers
of beeldversterkers
G 02 B 13/18 . met lenzen met één of meer niet-bolvormige
vlakken, bijv. voor het verminderen van de geometrische afwijking
G 02 B 13/20 . Objectieven die een onscherp beeld leveren
(diffusie-elementen in het algemeen G02B 5/02)
G 02 B 13/22 . Telecentrische objectieven of lenssystemen
G 02 B 13/24 . voor het reproduceren of kopiëren bij korte
objectafstanden
G 02 B 13/26 . . voor
het reproduceren met eenheidsvergroting [3]
G 02 B 15/00 Optische
objectieven met middelen voor het variëren van de vergroting (anamorfotische
objectieven G02B 13/08)
G 02 B 15/02 . door het veranderen, toevoegen of aftrekken
van een deel van het objectief, bijv. een om te vormen objectief
G 02 B 15/04 . . door
veranderen van een deel
G 02 B 15/06 . . . door veranderen van het voorstuk
G 02 B 15/08 . . . door veranderen van het achterstuk
G 02 B 15/10 . . door
toevoegen van een deel, bijv. met een close-up bevestiging
G 02 B 15/12 . . . door het toevoegen van telescoophulpstukken
(G02B 15/14 heeft voorrang)
G 02 B 15/14 . door het axiaal bewegen van één of meer
lenzen of lensgroepen ten opzichte van het beeldvlak voor het continu variëren
van de overeenkomstige brandpuntafstand van het objectief [4]
G 02 B 15/15 . . met
compensatie door middel van slechts één beweging of door middel van alleen
lineair gerelateerde bewegingen, bijv. met optische compensatie [4]
G 02 B 15/16 . . met
onderling afhankelijke niet-lineair gerelateerde bewegingen tussen de ene lens
of lensgroep en een andere lens of lensgroep (G02B 15/22 heeft voorrang) [4]
G 02 B 15/163 . . . met een eerste beweegbare lens of lensgroep
en een tweede beweegbare lens of lensgroep, beide vóór een vaste lens of
lensgroep (G02B 15/177 heeft voorrang) [4]
G 02 B 15/167 . . . . met
een aanvullende vaste voorste lens of lensgroep [4]
G 02 B 15/17 . . . . . in een + - - opstelling [4]
G 02 B 15/173 . . . . . in een + - + opstelling [4]
G 02 B 15/177 . . . met een negatieve voorste lens of lensgroep [4]
G 02 B 15/20 . . . met een aanvullende beweegbare lens of
lensgroep voor het variëren van de brandpuntafstand van het objectief [4]
G 02 B 15/22 . . met
speciaal aangepaste beweegbare lensmiddelen voor het scherpstellen bij kleine
afstanden [4]
G 02 B 15/24 . . . met een voorste vaste lens of lensgroep en
twee beweegbare lenzen of lensgroepen voor een vaste lens of lensgroep [4]
G 02 B 15/26 . . . . in
een + - - opstelling [4]
G 02 B 15/28 . . . . in
een + - + opstelling [4]
G 02 B 17/00 Systemen
met terugkaatsingsvlakken, met of zonder brekingselementen (microscopen G02B
21/00; telescopen, periscopen G02B 23/00; niet elders ondergebrachte
straalvorming G02B 27/09; voor het splitsen of combineren van stralen G02B
27/10; voor optische projectie G02B 27/18) [6]
G 02 B 17/02 . Spiegelsystemen, bijv. systemen waarbij een
beeld wordt opgericht en omgekeerd
G 02 B 17/04 . . gebruikmakend
van alleen prisma’s
G 02 B 17/06 . . gebruikmakend
van alleen spiegels
G 02 B 17/08 . Catadioptrische systemen
G 02 B 19/00 Condensors (voor microscopen
G02B 21/08)
G 02 B 21/00 Microscopen (oculairen G02B
25/00; polarisatiesystemen G 02 B 27/28; meetmicroscopen G01B 9/04; microtomen
G01N 1/06; aftastsonde-technieken of apparatuur G01Q) [7,10]
G 02 B 21/02 . Objectieven
G 02 B 21/04 . . waarbij
sprake is van spiegels
G 02 B 21/06 . Middelen voor het verlichten van een monster
G 02 B 21/08 . . Condensors
G 02 B 21/10 . . . voor dark-field
verlichting (G02B 21/14 heeft voorrang)
G 02 B 21/12 . . . voor bright-field
verlichting (G02B 21/14 heeft voorrang)
G 02 B 21/14 . . . voor verlichting ten behoeve van
fase-contrastobservatie
G 02 B 21/16 . aangepast voor ultravioletverlichting
G 02 B 21/18 . Voorzieningen met meer dan één licht-pad,
bijv. voor het vergelijken van twee monsters
G 02 B 21/20 . . Binoculaire
voorzieningen
G 02 B 21/22 . . . Stereoscopische voorzieningen
G 02 B 21/24 . Basisstructuur
G 02 B 21/26 . . Stellages;
Stelmiddelen daarvoor
G 02 B 21/28 . . met
een koelinrichting
G 02 B 21/30 . . met
een verwarmingsinrichting
G 02 B 21/32 . Microrobots die structureel zijn
gecombineerd met microscopen
G 02 B 21/33 . Dompeloliën [6]
G 02 B 21/34 . Objectglaasjes, bijv. bevestigen van
monsters op objectglaasjes (voorbereiden van monsters voor onderzoek G01N 1/28;
middelen voor het ondersteunen van de objecten of te analyseren materialen in
elektronenmicroscopen H01J 37/20)
G 02 B 21/36 . opgesteld voor fotografie of projectie (G02B
21/18 heeft voorrang)
G 02 B 23/00 Telescopen,
bijv. verrekijkers
(meettelescopen G01B 9/06); Periscopen; Instrumenten voor het bekijken van
de binnenkant van holle lichamen (diagnostische instrumenten A61B);
Zoekers (objectieven G02B 9/00, G02B 11/00, G02B 15/00 of G02B 17/00;
oculairen G02B 25/00); Optische richtmiddelen of vizieren (niet-optische
aspecten van richtmiddelen of vizieren voor wapens F41G) [4]
G 02 B 23/02 . waarbij sprake is van prisma’s of spiegels
(G02B 23/14 heeft voorrang)
G 02 B 23/04 . . voor
het splitsen of combineren van stralen, bijv. vastgezet in oculairen voor meer
dan één waarnemer (G02B 23/10 heeft voorrang)
G 02 B 23/06 . . met
een scherpstelwerking, bijv. een parabolische spiegel
G 02 B 23/08 . . Periscopen
G 02 B 23/10 . . waarbij
extra aanduidingen in het blikveld worden gereflecteerd, bijv. uit een
collimator (collimators in het algemeen G02B 27/30; graticules G02B 27/34)
G 02 B 23/12 . met middelen voor beeldomzetting of
beeldversterking (objectieven voor beeldomzetting of beeldversterking G02B
13/16; elektrische beeldomvormers met optische invoer en optische uitvoer H01J
31/50)
G 02 B
23/14 . Zoekers (voor fotoapparatuur G03B 13/02)
G 02 B 23/16 . Behuizingen; Kappen; Bevestigingen; Ondersteuningen,
bijv. met een contragewicht (kokers of houders A45C)
G 02 B 23/18 . . voor
binoculaire voorzieningen
G 02 B 23/20 . . Inklapbare
behuizingen (G02B 23/18 heeft voorrang)
G 02 B 23/22 . . Onderwateruitrustingen,
bijv. voor een onderzeeërperiscoop
G 02 B 23/24 . Instrumenten voor het bekijken van de
binnenkant van holle lichamen, bijv. fiberscopen [4]
G 02 B 23/26 . . gebruikmakend
van lichtgeleiders [4]
G 02 B 25/00 Oculairen;
Vergrootglazen (enkelvoudige
lenzen G02B 3/00)
G 02 B 25/02 . met middelen voor het verlichten van het
bekeken object
G 02 B 25/04 . met een breedbeeldaanzicht, bijv. door een
kijkgat
G 02 B 26/00 Optische
inrichtingen of voorzieningen waarbij gebruik wordt gemaakt van beweegbare of
vervormbare optische elementen voor het regelen van de intensiteit, kleur,
fase, polarisatie of richting van licht, bijv. door schakelen, poorten of
moduleren (mechanisch
werkende delen van verlichtingsinrichtingen voor het regelen van een opdracht
tot verlichting F21V; speciaal aangepast voor het meten van
lichtkarakteristieken G01J; inrichtingen of voorzieningen waarvan de optische
werking is gemodificeerd door het veranderen van de optische eigenschappen van
het medium van de inrichtingen of voorzieningen G02F 1/00; regelen van licht in
het algemeen G05D 25/00; regelen van lichtbronnen H01S 3/10 of H 05 B 37/00 tot
H05B 43/00) [4]
G 02 B 26/02 . voor het regelen van de intensiteit van
licht [4]
G 02 B 26/04 . . door
het periodiek variëren van de intensiteit van licht, bijv. gebruikmakend van choppers [4]
G 02 B 26/06 . voor het regelen van de fase van licht (G02B
26/08 heeft voorrang) [4]
G 02 B 26/08 . voor het regelen van de richting van licht
(in een lichtgeleider G02B 6/35) [4]
G 02 B 26/10 . . Aftastsystemen
(zie voor speciale toepassingen de relevante plaatsen, bijv. G03B 27/32, G03F
3/08, G03G 15/04, G09G 3/00 of H04N) [4]
G 02 B 26/12 . . . gebruikmakend van meervoudig spiegels met
meerdere facetten [6]
G 02 B 27/00 Andere
optische systemen; Andere optische apparatuur (middelen voor het teweegbrengen van
speciale optische effecten in etalages of vitrines A47F, bijv. A47F 11/06;
optisch speelgoed A63H 33/22; ontwerpen of afbeeldingen die worden gekenmerkt
door speciale lichteffecten B44F 1/00)
G 02 B 27/01 . Op het hoofd gedragen weergeefmiddelen
[6]
G 02 B 27/02 . Kijkapparatuur of afleesapparatuur
(stereoscopische systemen G02B 27/22; met projectie G03B; apparatuur voor het
verwisselen van dia’s G03B)
G 02 B 27/04 . . met
inklapbare delen
G 02 B 27/06 . . met
het effect van bewegende beelden
G 02 B 27/08 . . Kaleidoscopen
G 02 B 27/09 . Niet elders ondergebrachte straalvorming,
bijv. het veranderen van de doorsnede [6]
G 02 B 27/10 . Systemen voor het splitsen of combineren van
stralen (mengen en splitsen van lichtsignalen waarbij gebruik wordt gemaakt van
optische golfgeleiders G02B 6/28; polarisatiesystemen G02B 27/28) [4]
G 02 B 27/12 . . werkend
met alleen breking
G 02 B 27/14 . . werkend
met alleen terugkaatsing
G 02 B 27/16 . . gebruikt
als hulpmiddelen voor het scherpstellen
G 02 B 27/18 . voor het optisch projecteren, bijv. een
combinatie van een spiegel, condensor en objectief
G 02 B 27/20 . . voor
het afbeelden van zeer kleine objecten, bijv. een lichtwijzer
G 02 B 27/22 . voor het produceren van stereoscopische of
andere driedimensionale effecten (in microscopen G02B 21/22; kijkapparatuur
G02B 27/02)
G 02 B 27/24 . . waarbij
sprake is van alleen reflectieprisma’s en reflectiespiegels
G 02 B 27/26 . . waarbij
sprake is van polariserende middelen
G 02 B 27/28 . voor het polariseren (gebruikt in
stereoscopen G02B 27/26)
G 02 B 27/30 . Collimators
G 02 B 27/32 . IJkmarkeringen of meetschalen binnen het
optische systeem
G 02 B 27/34 . . verlicht
G 02 B 27/36 . . verstelbaar
G 02 B 27/40 . Optische scherpstelhulpmiddelen (systemen
voor het splitsen of combineren van stralen G02B 27/10)
G 02 B 27/42 . Buigingsoptica (G02B 27/60 heeft voorrang) [3]
G 02 B 27/44 . . Systemen
met buigingsroosters; Systemen met zoneplaten (G02B 27/46 heeft voorrang;
spectrometrie G01J) [3]
G 02 B 27/46 . . Systemen
waarbij gebruik wordt gemaakt van ruimtelijke filters (karakterherkenning G06K
9/00) [3]
Aantekening
In deze groep kan het filter zich
in elk vlak bevinden, bijv. in het beeldvlak of het Fourier-transfervlak. [3]
G 02 B 27/48 . Laservlekoptica (vlekonderdrukking in
holografie G03H 1/32) [3]
G 02 B 27/50 . Optica voor het visualiseren van een
fase-object [3]
G 02 B 27/52 . . Fase-contrastoptica
(in microscopen G02B 21/14) [3]
G 02 B 27/54 . . Schlieren-optieksystemen
[3]
G 02 B 27/56 . Optica
waarbij gebruik wordt gemaakt van verdwijnende golven, d.w.z. niet-homogene
golven [3]
G 02 B 27/58 . Optica voor onweerlegbare aantoning of super-resolutie;
Optische systemen met kunstmatige openingen [3]
G 02 B 27/60 . Systemen met moire-uitvloeiingen (middelen
voor het omzetten van de uitvoer van een tastlichaam waarbij gebruik wordt
gemaakt van buigingsroosters G01D 5/38) [3]
G 02 B 27/62 . Speciaal aangepaste optische apparatuur voor
het verstellen van optische elementen tijdens de opbouw van optische systemen
(stelmiddelen die deel uitmaken van het op te bouwen systeem G02B 7/00) [3]
G 02 B
27/64 . Beeldsystemen waarbij gebruik wordt gemaakt
van optische elementen voor het stabiliseren van de dwarspositie en hoekpositie
van het beeld (scherpstelsystemen G02B 7/04; verstelling van een optisch
systeem ten opzichte van een beeldvlak of objectvlak G03B 5/00) [3]