SECTIE A         MENSELIJKE LEVENSBEHOEFTEN

 

LANDBOUW

 

A 01        LANDBOUW EN TUINBOUW; BOSBOUW; DIERHOUDERIJ OF VEETEELT; JACHT; VANGEN VAN DIEREN; VISSERIJ

 

A 01 C    PLANTEN; ZAAIEN; BEMESTEN (in combinatie met het bewerken van grond in het algemeen A01B 49/04; delen of details van of accessoires voor landbouwmachines of landbouwwerktuigen in het algemeen A01B 51/00 tot A01B 75/00)

 

A 01 C      1/00                    Apparatuur, of gebruiksmethoden daarvan, voor het testen of behandelen van zaden, wortelen en dergelijke voorafgaand aan het zaaien of planten (chemicaliën daarvoor A01N 25/00 tot A01N 65/00)

A 01 C      1/02                    .    Kiemapparatuur; Bepalen van de kiemcapaciteit van zaden en dergelijke (ontkiemen bij het bereiden van mout C12C 1/027)

A 01 C      1/04                    .    Aanbrengen van zaad op dragers, bijv. op banden of koorden

A 01 C      1/06                    .    Coaten of insluiten van zaad

A 01 C      1/08                    .    Immuniseren van zaad

 

A 01 C      3/00                    Behandelen van stalmest; Bemesten (mestvorken A01D 9/00; organische kunstmest uit restanten of afval C05F)

A 01 C      3/02                    .    Opslagplaatsen voor stalmest, bijv. gierkelders; Installaties voor het fermenteren van stalmest (rioolstelsels E03F 5/00; silo’s of bunkers E04H 7/22)

A 01 C      3/04                    .    Stalmestladers (laders in het algemeen B65G)

A 01 C      3/06                    .    Stalmestverspreiders, bijv. gierverspreiders

A 01 C      3/08                    .    .    voor al op de grond liggende stalmest, bijv. zodenbemesters of mestinjecteurs [2]

 

A 01 C      5/00                    Maken of afdekken van voren of gaten voor het zaaien, planten of bemesten

A 01 C      5/02                    .    Handgereedschap voor het maken van gaten voor het zaaien, planten of bemesten (verplantingsinrichtingen voor bomen A01G 23/02)

A 01 C      5/04                    .    Machines voor het maken of afdekken van gaten voor het zaaien of planten

A 01 C      5/06                    .    Machines voor het maken of afdekken van zaairijen of voren voor het zaaien of planten (ploegen voor het maken van aardruggen A01B 13/02)

A 01 C      5/08                    .    Machines voor het zowel bemesten als zaaien of voor het zowel bemesten als planten

 

A 01 C      7/00                    Zaaien (voorzieningen voor het aandrijven van werkende delen A01C 19/00)

A 01 C      7/02                    .    Handzaaiwerktuigen

A 01 C      7/04                    .    Zaaiwerktuigen met of zonder zuiginrichtingen voor aparte zaden

A 01 C      7/06                    .    Zaaiwerktuigen in combinatie met kunstmeststrooiers (combinaties met gereedschap voor het bewerken van grond A01B 49/04)

A 01 C      7/08                    .    Breedzaaimachines; Rijenzaaimachines

A 01 C      7/10                    .    .    Stelinrichtingen voor de zaadcassette

A 01 C      7/12                    .    .    Zaaiwerktuigen met toevoerwielen

A 01 C      7/14                    .    .    .    Zaaiwerktuigen met lepels of schepraderen

A 01 C      7/16                    .    .    Zaaiwerktuigen met andere verspreidingsinrichtingen, bijv. borstels, schijven, wormen of schuiven (met eindloze kettingen A01C 15/18)

A 01 C      7/18                    .    Machines voor het periodiek afleggen van porties zaad

A 01 C      7/20                    .    Delen van zaaiwerktuigen voor het geleiden en afleggen van zaad

 

A 01 C      9/00                    Pootmachines of aardappelpootmachines (combinaties met het bewerken van grond A01B 49/04)

A 01 C      9/02                    .    met transportbanden

A 01 C      9/04                    .    met schepraderen

A 01 C      9/06                    .    met doorstéékinrichtingen of grijpinrichtingen

A 01 C      9/08                    .    met andere verspreidingsinrichtingen, bijv. flappen, wormen of horizontale draaiplaten

 

A 01 C    11/00                   Verplantingsmachines (dragers voor het ondersteunen van personen A01B 75/00; verplantingsinrichtingen voor bomen A01G 23/02)

A 01 C    11/02                   .    voor zaailingen

A 01 C    11/04                   .    voor het dieper in de grond zetten of het verschuiven van planten

 

A 01 C    13/00                   Machines of apparatuur voor het consolideren van grond rondom planten

 

A 01 C    14/00                   Methoden of apparatuur voor het planten, voorzover niet vallend onder andere groepen in deze subklasse [8]

 

A 01 C    15/00                   Kunstmeststrooiers (A01C 7/06 heeft voorrang; met werpschotels A01C 17/00; voorzieningen voor het aandrijven van werkende delen A01C 19/00; zandstrooiers, gravelstrooiers of zoutstrooiers voor wegen E01C 19/20) [2]

A 01 C    15/02                   .    voor handgebruik

A 01 C    15/04                   .    gebruikmakend van blaasinrichtingen

A 01 C    15/06                   .    met strooisleuven

A 01 C    15/08                   .    .    met duwmiddelen of roermiddelen in de sleuven

A 01 C    15/10                   .    .    .    met heen en weer bewegende duwmiddelen

A 01 C    15/12                   .    waarbij de voorraadcontainer beweegbare delen heeft

A 01 C    15/14                   .    met middelen voor het er uit tillen van de kunstmest

A 01 C    15/16                   .    met middelen voor het naar buiten duwen van de kunstmest, bijv. met een rol

A 01 C    15/18                   .    met eindloze kettingen

 

A 01 C    17/00                   Centrifugaalstrooiers voor het met werpschotels verspreiden van kunstmest of zaden (machines voor het mechanisch wegwerpen van artikelen of vaste bulkmaterialen, in het algemeen B65G 31/00; zandstrooiers, gravelstrooiers of zoutstrooiers E01C 19/20) [3]

 

A 01 C    19/00                   Voorzieningen voor het aandrijven van werkende delen van kunstmeststrooiers of zaaiwerktuigen [4]

A 01 C    19/02                   .    door een motor [4]

A 01 C    19/04                   .    door een over de grond rollend wiel [4]

 

A 01 C    21/00                   Bemestingsmethoden (kunstmest C05; materialen voor het conditioneren of stabiliseren van grond C09K 17/00)

 

A 01 C    23/00                   Speciaal aangepaste inrichtingen voor het verspreiden van stalmest of een andere bemestingsvloeistof, inclusief ammoniak, bijv. transporttanks of sproeiwagens (irrigeren van velden in het algemeen A01G 25/00; versproeien of aanbrengen van vloeistoffen of andere vloeibare materialen in het algemeen B05)

A 01 C    23/02                   .    Speciale voorzieningen voor het direct in de grond brengen van de vloeistof

A 01 C    23/04                   .    Onder druk verspreiden; Verspreiden van modder; Aanpassen van irrigatiesystemen voor bemestingsvloeistoffen