SECTIE B         BEWERKINGEN; TRANSPORT

 

VORMEN

 

B 24        SLIJPEN OF SCHUREN; POLIJSTEN

 

              Aantekening

 

              In deze klasse wordt de volgende term gebruikt met de aangegeven betekenis:

              -         “slijpen of schuren” wordt in de meest algemene zin gebruikt voor een machinale bewerking en omvat in het bijzonder “corrigerende” bewerkingen.

 

B 24 C    SLIJPSTRALEN OF SCHUURSTRALEN, OF SOORTGELIJK STRALEN MET SPECIFIEK MATERIAAL

 

              Aantekeningen

 

              (1)      Onder deze subklasse vallen:

                        -        het gebruik van een straal van deeltjes of korrels die zijn gedispergeerd in lucht, gas of vloeistof voor het behandelen van oppervlakken of het snijden van materialen, waarbij de deeltjes of korrels gewoonlijk bestaan uit slijpmateriaal of schuurmateriaal;

                        -        het vergelijkbaar gebruik van een straal van deeltjes of korrels die worden weggeschoten of die hun energie krijgen anders dan door middel van een luchtstroom.

              (2)      In deze subklasse worden de volgende termen gebruikt met de aangegeven betekenissen:

                        -        “slijpmiddel” of  “schuurmiddel” omvat elk materiaal dat wordt gebruikt op de in Aantekening (1) hierboven genoemde wijze;

                        -        “straal” omvat elke vergelijkbare straal van een materiaal dat wordt genoemd in Aantekening (1) hierboven.

 

B 24 C      1/00                    Methoden voor het gebruik van slijpstralen of schuurstralen voor het produceren van specifieke effecten; Gebruik van hulpuitrusting in verband met dergelijke mthoden

B 24 C      1/02                    .    voor het scherpmaken of reinigen van snijgereedschap, bijv. vijlen

B 24 C      1/04                    .    voor het behandelen van alleen geselecteerde delen van een oppervlak, bijv. voor het kerven in steen of glas

B 24 C      1/06                    .    voor het produceren van doffe oppervlakken, bijv. aan kunststoffen of glas

B 24 C      1/08                    .    voor het polijsten of wetten van oppervlakken, bijv. door gebruik te maken van door een vloeistof gedragen slijpmiddelen

B 24 C      1/10                    .    voor het verdichten van oppervlakken, bijv. schietharden of kogelstralen (voor het vervormen van plaatmetaal, buizen of profielen B21D 31/06; als metallurgische behandeling C21D 7/00 of C22F 1/00)

 

B 24 C      3/00                    Machines of inrichtingen voor het slijpstralen of schuurstralen; Installaties

B 24 C      3/02                    .    gekenmerkt door de opstelling van de verschillende delen ten opzichte van elkaar (B24C 3/08 en B24C 3/18 hebben voorrang)

B 24 C      3/04                    .    .    stilstaand

B 24 C      3/06                    .    .    beweegbaar; draagbaar

B 24 C      3/08                    .    voornamelijk aangepast voor het slijpstralen of schuurstralen van voortbewegend uitgangsmateriaal of voortbewegende werkstukken

B 24 C      3/10                    .    .    voor het behandelen van uitwendige oppervlakken

B 24 C      3/12                    .    .    .    Apparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van sproeiers

B 24 C      3/14                    .    .    .    Apparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van schoepenwielen

B 24 C      3/16                    .    .    voor het behandelen van inwendige oppervlakken

B 24 C      3/18                    .    voornamelijk voorzien van middelen voor het plaatsen van werkstukken in verschillende werkposities (B24C 3/08 heeft voorrang)

B 24 C      3/20                    .    .    waarbij het werk wordt ondersteund door draaitafels

B 24 C      3/22                    .    .    .    Apparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van sproeiers

B 24 C      3/24                    .    .    .    Apparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van schoepenwielen

B 24 C      3/26                    .    .    waarbij het werk wordt ondersteund door spilkooien, d.w.z. tuimelaars; Cardanische ophangingen daarvoor

B 24 C      3/28                    .    .    .    Apparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van sproeiers

B 24 C      3/30                    .    .    .    Apparatuur waarbij gebruik wordt gemaakt van schoepenwielen

B 24 C      3/32                    .    ontworpen voor het slijpstralen of schuurstralen van specifiek werk, bijv. de inwendige oppervlakken van motorblokken (B24C 3/08 en B24C 3/18 hebben voorrang)

B 24 C      3/34                    .    .    voor het reinigen van bougies

 

Accessoires of uitrusting voor machines of inrichtingen voor het slijpstralen of schuurstralen

 

B 24 C      5/00                    Inrichtingen of accessoires voor het tot stand brengen van slijpende of schurende stralen

B 24 C      5/02                    .    Straalpistolen, bijv. voor het tot stand brengen van stralen slijpmiddel of schuurmiddel die als een fluďdum met hoge snelheid gebruikt worden voor het snijden van materialen [5]

B 24 C      5/04                    .    .    Mondstukken daarvoor (sproeiers in het algemeen B05B)

B 24 C      5/06                    .    Schoepenwielen; Rotorbladen daarvoor

B 24 C      5/08                    .    Inrichtingen voor het niet-mechanisch tot stand brengen van slijpstralen of schuurstralen, bijv. met metaalachtige slijpmiddelen of schuurmiddelen door middel van een magnetisch veld

 

B 24 C      7/00                    Uitrusting voor het toevoeren van slijpmateriaal of schuurmateriaal; Regelen van het stromingsvermogen, samenstelling of andere fysische kenmerken van slijpende of schurende stralen 

B 24 C      9/00                    Toebehoren bij machines of inrichtingen voor het slijpstralen of schuurstralen, bijv. werkruimten of voorzieningen voor het hanteren van gebruikt slijpmateriaal of schuurmateriaal

B 24 C    11/00                   Slijpmaterialen of schuurmaterialen voor het slijpend of schurend stralen (polijstsamenstellingen C09G)