SECTIE B BEWERKINGEN; TRANSPORT
VORMEN
B 26 HANDSNIJGEREEDSCHAP; SNIJDEN; VERSNIJDEN
B 26 D SNIJDEN; DETAILS VOOR MACHINES VOOR HET
PERFOREREN, PONSEN, UITSNIJDEN, STANSEN OF SCHEIDEN (uit elkaar halen met
messen of andere snij- of scheurlichamen die materiaal in stukken hakken B02C
18/00; snijden met fluïdumstralen met een slijpmiddel of schuurmiddel B24C
5/02; in de hand gehouden snijgereedschap B26B) [2,5,11,13]
Aantekeningen
(1) Onder
deze subklasse vallen:
- het snijden van niet-metaalachtig
plaatmateriaal of metaalfolie in het algemeen;
- het niet elders ondergebracht snijden
van andere soorten niet-metaalachtig materiaal;
- kenmerken die specifiek horen bij
machines voor het snijden, perforeren, ponsen, uitsnijden, stansen of
versnijden op een andere wijze dan door snijden, welke betrekking hebben op een
vereiste of een probleem van een aard die niet hoort bij dit soort machines,
d.w.z. details van of voorzieningen voor het bedienen of regelen van dergelijke
machines, hoewel het realiseren van dergelijke kenmerken kan verschillen
overeenkomstig de betreffende soort machine. Dergelijke kenmerken vallen in het
algemeen onder deze subklasse, zelfs als het kenmerk in bepaalde gevallen tot
op zekere hoogte hoort bij, of slechts wordt geclaimd voor, een machine voor
het perforeren, ponsen, uitsnijden, stansen of versnijden op een andere wijze
dan door snijden.
(2) Als de details of voorzieningen geen
essentiële kenmerken hebben die specifiek horen bij machines voor het snijden,
perforeren, ponsen, uitsnijden, stansen of versnijden, hebben de meer algemene
klassen zoals F16 voorrang.
B 26 D 1/00 Snijden door werk dat wordt
gekenmerkt door de aard of de beweging van het snijlichaam; Apparatuur of
machines daarvoor; Snijlichamen daarvoor [3]
B 26 D 1/01 . waarbij sprake is van een snijlichaam dat niet met het werk
meebeweegt [3]
B 26 D 1/02 . . met een stilstaand
snijlichaam (B26D 1/547 heeft voorrang) [3]
B 26 D 1/03 . . . met meerdere snijlichamen [3]
B 26 D 1/04 . . met een lineair
bewegend snijlichaam (B26D 1/46 en B26D 1/547 hebben voorrang) [3]
B 26 D 1/06 . . . waarin het snijlichaam heen en weer beweegt [3,13]
B 26 D 1/08 . . . . in
de vorm van een guillotine [3]
B 26 D 1/09 . . . . . met meerdere snijlichamen [3]
B 26 D 1/10 . . . . in,
of in hoofdzaak in, een richting parallel aan de snijrand [3]
B 26 D 1/11 . . . . . met meerdere snijlichamen [3]
B 26 D 1/12 . . met een snijlichaam dat
om een as beweegt [3,13]
B 26 D 1/14 . . . met een cirkelvormig snijlichaam, bijv. een
schijfmes [3]
B 26 D
1/143 . . . . roterend
om een stilstaande as (B26D 1/20 tot B26D 1/24 hebben voorrang) [3]
B 26 D
1/147 . . . . . met een horizontaal snijlichaam [3]
B 26 D 1/15 . . . . . met een verticaal snijlichaam [3]
B 26 D
1/153 . . . . . met een hellend snijlichaam [3]
B 26 D
1/157 . . . . roterend
om een beweegbare as (B26D 1/20 tot B26D 1/24 hebben voorrang) [3]
B 26 D 1/16 . . . . . gemonteerd op een beweegbare arm en
dergelijke [3]
B 26 D 1/18 . . . . . gemonteerd op een beweegbaar wagentje [3]
B 26 D 1/20 . . . . samenwerkend
met een vast lichaam [3]
B 26 D 1/22 . . . . samenwerkend
met een beweegbaar lichaam, bijv. een rol (B26D 1/24 heeft voorrang) [3]
B 26 D 1/24 . . . . samenwerkend
met een ander schijfmes [3]
B 26 D 1/25 . . . met een niet-cirkelvormig snijlichaam [3]
B 26 D 1/26 . . . . bewegend
om een as die in hoofdzaak loodrecht op de snijlijn staat [3]
B 26 D 1/28 . . . . . en continu in één richting roterend tijdens
het snijden [3]
B 26 D 1/29 . . . . . . met
een snijlichaam dat is gemonteerd in het vlak van een roterende schijf, bijv.
voor het in plakken snijden van bonen [3]
B 26 D 1/30 . . . . . met een beperkte draaibeweging voor het
snijden [3]
B 26 D 1/34 . . . . bewegend
om een as die parallel aan de snijlijn ligt [3]
B 26 D 1/36 . . . . . en continu in één richting roterend tijdens
het snijden, bijv. gemonteerd op een roterende cilinder [3,13]
B 26 D 1/38 . . . . . en samenwerkend met een vast blad of een
ander vast lichaam [3]
B 26 D 1/40 . . . . . en samenwerkend met een roterend lichaam [3]
B 26 D 1/42 . . . . . en verschuifbaar gemonteerd in een roterend
lichaam [3]
B 26 D 1/43 . . . . bewegend
om een andere as, bijv. gemonteerd op het oppervlak van een kegel of een
gebogen lichaam [3]
B 26 D 1/44 . . met een bekervormig of
een soortgelijk snijlichaam [3]
B 26 D 1/45 . . met een snijlichaam
waarvan de beweging niet valt onder een voorgaande groep [3]
B 26 D 1/46 . . met een eindloos
bandmes en dergelijke [3]
B 26 D 1/48 . . . met spanmiddelen [3]
B 26 D 1/50 . . . met meerdere bandmessen en dergelijke [3]
B 26 D 1/52 . . . . waarbij
de afstand tussen de messen kan worden versteld [3]
B 26 D 1/54 . . . Geleiders voor bandmessen en dergelijke [3]
B 26 D
1/547 . . met
een draadvormig snijlichaam (met een eindloze draad B26D 1/46; versnijden
waarbij gebruik wordt gemaakt van een verwarmde draad B26F 3/12) [3]
B 26 D
1/553 . . . met meerdere draadvormige snijlichamen [3]
B 26 D 1/56 . met een snijlichaam dat met het werkstuk meebeweegt, d.w.z. een flying snijmiddel [3,13]
B 26 D 1/58 . . en is gemonteerd op een
beweegbare arm en dergelijke [3]
B 26 D 1/60 . . en is gemonteerd op een
beweegbaar wagentje [3]
B 26 D 1/62 . . en roteert om een as
die parallel aan de snijlijn ligt, bijv. gemonteerd op een roterende cilinder [3]
B 26 D 3/00 Snijden van werk dat wordt
gekenmerkt door de aard van de gemaakte snede; Apparatuur daarvoor [3]
B 26 D 3/02 . Afschuinen
B 26 D 3/06 . Maken van groeven waarbij sprake is van het verwijderen van
materiaal van het oppervlak van het werk
B 26 D 3/08 . Maken van een oppervlakkige snede in het oppervlak van het werk
zonder materiaal te verwijderen, bijv. inkepen of inkerven
B 26 D 3/10 . Maken van sneden met een andere dan een gewone rechtlijnige vorm
(uitsnijden of stansen B26F 1/38) [13]
B 26 D 3/11 . . voor het verkrijgen van
spiraalvormige of schroefvormige stukken [3]
B 26 D 3/12 . Afsplijten van randstukken van het werk, d.w.z. het vormen van
sneden zonder materiaal te verwijderen, onder een hoek, bijv. een rechte hoek,
met de rand van het werk
B 26 D 3/14 . Vormen van inkervingen in randstukken van het werk door snijden [13]
B 26 D 3/16 . Overdwars doorsnijden van stangen of buizen
B 26 D 3/18 . voor het verkrijgen van blokjes en dergelijke [3,13]
B 26 D 3/20 . . gebruikmakend van heen
en weer bewegende messen
B 26 D 3/22 . . gebruikmakend van
roterende messen
B 26 D 3/24 . voor het verkrijgen van andere segmenten dan plakken, bijv.
taartpunten
B 26 D 3/26 . . speciaal aangepast voor
het snijden van fruit of groenten, bijv. uien
B 26 D 3/28 . Splitsen van lagen van het werk; Gemeenschappelijk afscheiden van
lagen door te snijden (B26D 3/30 heeft voorrang) [3,13]
B 26 D 3/30 . Halveerinrichtingen, bijv. voor het halveren van broodjes [3]
B 26 D 5/00 Voorzieningen voor het
bedienen en regelen van machines of inrichtingen voor het snijden, uitsnijden,
stansen, ponsen, perforeren of versnijden op een andere wijze dan door snijden
B 26 D 5/02 . Middelen voor het in de werkpositie bewegen van het snijlichaam
voor het snijden
B 26 D 5/04 . . door fluïdumdruk
B 26 D 5/06 . . door elektrische
middelen
B 26 D 5/08 . Middelen voor het in werking stellen van het snijlichaam voor het
snijden
B 26 D 5/10 . . Met de hand of voet in
werking gestelde middelen
B 26 D 5/12 . . Middelen met een
fluïdum onder druk
B 26 D 5/14 . . Middelen met krukken en
een pennen
B 26 D 5/16 . . Middelen met nokken
B 26 D 5/18 . . Middelen met
kniehefbomen (B26D 5/10 tot B26D 5/16 hebben voorrang)
B 26 D 5/20 . met een onderling afhankelijke werking tussen het snijlichaam en
het toegevoerde werk
B 26 D 5/22 . . waarbij het snijlichaam
en het toegevoerde werk mechanisch met elkaar verbonden zijn
B 26 D 5/24 . . . inclusief een meetinrichting
B 26 D 5/26 . . waarin regelmiddelen op
de werktoevoermiddelen het snijlichaam laten werken
B 26 D 5/28 . . . waarbij de regelmiddelen reageren op de
aanwezigheid of afwezigheid van werk
B 26 D 5/30 . . waarbij het snijlichaam
wordt geregeld door het aftasten van een registratiedrager
B 26 D 5/32 . . . waarbij de registratiedrager wordt gevormd
door het werk
B 26 D 5/34 . . . waarbij wordt afgetast door een
fotogevoelige inrichting
B 26 D 5/36 . . . waarbij wordt afgetast door magnetische
middelen
B 26 D 5/38 . met middelen voor het op gang brengen van de snijwerking, die
worden bediend door het bewegende werk
B 26 D 5/40 . . inclusief een
meetinrichting
B 26 D 5/42 . met een onderling afhankelijke werking tussen het toegevoerde
werkstuk en een klem [13]
B 26 D 7/00 Details van apparatuur voor
het snijden, uitsnijden, stansen, ponsen, perforeren of versnijden op een andere
wijze dan door snijden [5,13]
B 26 D 7/01 . Middelen voor het vasthouden of positioneren van werk [3]
B 26 D 7/02 . . met klemmiddelen [3]
B 26 D 7/04 . . . met een verstelbare klemdruk [3]
B 26 D 7/06 . Voorzieningen voor het toevoeren of afgeven van ander werk met
een andere vorm dan platen, banen of draden [13]
B 26 D 7/08 . Middelen voor het behandelen van werk of snijlichamen om te
kunnen snijden (aanspannen van bandsnijmiddelen B26D 1/48)
B 26 D 7/10 . . door verwarmen
(scheiden met verwarmde lichamen B26F 3/08) [13]
B 26 D 7/12 . . door het scherp maken
van het snijlichaam
B 26 D 7/14 . . door het aanspannen van
het werk
B 26 D 7/18 . Middelen voor het verwijderen van afgesneden materiaal of afval
B 26 D 7/20 . Snijmatrijzen
B 26 D 7/22 . Speciaal aangepaste veiligheidsinrichtingen voor snijmachines [13]
B 26 D 7/24 . . opgesteld voor het
buiten werking stellen van de bedieningsmiddelen voor het snijlichaam
B 26 D 7/26 . Middelen voor het monteren of verstellen van het snijlichaam;
Middelen voor het verstellen van de slag van het snijlichaam
B 26 D 7/27 . Middelen voor het uitvoeren van andere bewerkingen in combinatie
met het snijden (B26D 9/00 heeft voorrang) [3]
B 26 D 7/28 . . voor het tellen van het
aantal sneden of het meten van de snijlengte (B26D 5/24 en B26D 5/40 hebben
voorrang) [3]
B 26 D 7/30 . . voor het wegen van het
gesneden product [3]
B 26 D 7/32 . . voor het transporteren
of opstapelen van het gesneden product (middelen voor het verwijderen van
afgesneden materiaal of afval B26D 7/18) [3]
B 26 D 7/34 . . voor het aanbrengen van
een coating op het gesneden product, bijv. boter [3]
B 26 D 9/00 Snij-apparatuur die is
gecombineerd met ponsapparatuur of perforatie-apparatuur of met andersoortige
snij-apparatuur