SECTIE E BOUWKUNDE
E 05 SLOTEN; SLEUTELS;
RAAMBESLAG OF DEURBESLAG; BRANDKASTEN OF KLUIZEN
In deze klasse
worden de volgende termen gebruikt met de aangegeven betekenissen:
- “vleugel” is een algemene aanduiding voor
wegzwaaibare, verschuifbare of op andere wijze beweegbare deuren of ramen. Deze
term houdt tevens andere beweegbare structuren in zoals laden, deksels van
kisten of koffers, of kofferdeksels of motorkappen van voertuigen, waarbij de
bedieningsmiddelen, bevestigingsmiddelen, grendelmiddelen of borgmiddelen uit
deze klasse kunnen zijn toegepast;
- “kozijn” betekent elk lichaam waarmee
een vleugel kan worden vastgehouden door een sluitinrichting. Het houdt geen
dragende constructie in die deel uitmaakt van de vleugel, maar kan wel een
andere vleugel zijn;
- “slot” betekent allereerst een
inrichting voor het losmaken of vastzetten van een lichaam, waarbij voor de
vrijgave een sleutel of een lettermechanisme of cijfermechanisme nodig is. In
de groepen E05B 1/00 tot E05B 9/00, E05B 13/00 tot E05B 17/00, E05B 39/00 tot
E05B 47/00, E05B 51/00, E05B 53/00, E05B 63/00 en E05B 65/00 echter kan de term
“slot” betrekking hebben op een andere sluitinrichting;
- “schoot” betekent een verschuifbaar,
draaibaar of een op andere wijze beweegbaar lichaam dat gewoonlijk wordt
gebruikt voor het gesloten houden van een deur door ingrijping in een holte in
de post. Het kan direct met de hand worden bediend of door middel van een
mechanisme of een sleutel; het kan ook een grendel zijn (zie hieronder);
- “klink” betekent een schoot die kan
worden bewogen naar de lossende positie tegen de kracht in van een veer of een
andere tegenkracht, als een vleugel bij het sluiten tegen het kozijn aankomt,
zodat het niet met de hand hoeft te worden bediend voor het vastzetten van de
vleugel maar alleen voor het openen daarvan;
- “grendel” betekent een lichaam dat
scharnierend vastzit aan het kozijn of de vleugel, zodat het naar het
aanzichtvlak van de vleugel of het kozijn kan worden bewogen en daaraan kan
worden vastgezet, bijv. door een draaiknop of een hangslot met kram.
1. Het bedienen of regelen van de sloten van
kofferdeksels, motorkappen of deuren van voertuigen wordt geklasseerd in de groepen
E05B 77/00 tot E05B 81/00. [14]
2. Knoppen, handgrepen of drukknoppen voor
de sloten van kofferdeksels, motorkappen of deuren van voertuigen wordt
geklasseerd in de groepen E05B 79/00 tot E05B 85/00. [14]
E 05 B
1/00 Knoppen of
handgrepen voor vleugels; Knoppen, handgrepen of drukknoppen voor sloten of
klinken op vleugels (E05B 5/00 en E05B 7/00 hebben voorrang) [18]
E 05 B 1/02 . van massief materiaal
E 05 B 1/04 . met een stijf materiaal aan de binnenkant en één of meer
afdekkingen aan de buitenkant
E 05 B 1/06 . van plaatmateriaal
E 05 B 3/02 . Bevestigen van een handgreep aan de spindel door vastpennen of
vergrendelen
E 05 B 3/04 . Bevestigen van de handgreepschacht aan de spindel met schroeven,
veren of klikbouten
E 05 B 3/06 . door middelen die zijn aangebracht op of in het rozet
E 05 B 3/08 . Bevestigen van de spindel aan de volger
E 05 B 3/10 . door een tweedelige of gespleten spindel in de volger of in de
handgreepschacht
E 05 B 5/02 . en die naar buiten kunnen worden gedraaid vóór bediening
E 05 B 5/04 . en die parallel aan de vleugel kunnen worden verschoven na het
naar buiten trekken
E 05 B
7/00 Handgrepen
die kunnen draaien om een as parallel aan de vleugel (E05B 5/00 heeft voorrang)
E 05 B
9/00 Behuizingen
voor sloten of klinkmechanismen
(behuizingen voor hangsloten E05B 67/02; voor voertuigen E05B 79/04 of E05B
85/02) [9,14]
E 05
B
9/02 . voor sloten met een klinkbout
E 05
B
9/04 . voor cilindersloten
E 05
B
9/06 . Aan elkaar bevestigen van de delen van
behuizingen
E 05
B
9/08 . Aan de vleugel bevestigen van de behuizingen
van sloten
met een grendelbout of cilindersloten
E 05 B 9/10 . Koppelinrichtingen voor de beide helften van dubbele
cilindersloten
E 05 B 11/02 . vóór de vleugel wordt afgesloten
E 05 B 11/04 . vóór de vleugel wordt gesloten
E 05 B 11/06 . voor het vangen van lopers of onjuiste
sleutels
E 05 B 13/02 . gevormd als gedeelten van
sleutelgatplaatjes, aangebracht in het sleutelgat
E 05 B 13/04 . gevormd als vorkachtige werktuigen die de
sleutel grijpen en vastzetten
E 05 B 13/06 . gevormd als schootpallen die ziijn
aangebracht in de baan van beweging van de baard
E 05 B 13/08 . gevormd door een langwerpige bout of
dwarsstaaf die de handgreep verbindt met een stilstaand slotdeel of slotbeslag
E 05 B 13/10 . gevormd door een slot dat is aangebracht in
de handgreep
E 05 B 15/00 Andere
details van sloten; Delen die worden aangegrepen door schoten van
sluitinrichtingen [18]
E 05 B 15/02 . Slagplaten; Holten voor slotschoten;
Grendelkrammen of slotkrammen; Sleutelgatplaatjes
E 05 B 15/04 . Veervoorzieningen in sloten
E 05 B 15/06 . Slotwerk
E 05 B 15/08 . Sleutelgeleiders; Sleutelpennen
E 05 B 15/10 . Schoten van sloten of nachtklinken
E 05 B 15/12 . Pennen of pallen voor het borgen van bouten
E 05 B 15/14 . Tuimelaars
E 05 B 15/16 . Gebruik
van speciale materialen voor delen van sloten [18]
E 05 B 17/00 Accessoires
in verband met sloten (sloten met aanwijsinrichtingen of tijdinrichtingen E05B 39/00
tot E05B 45/00) [4,18]
E 05 B 17/02 . Koppelinrichtingen voor dubbele deuren,
d.w.z. twee deuren achter elkaar en scharnierend aan dezelfde zijde
E 05 B 17/04 . Inrichtingen voor het koppelen van de
draaicilinder van een enkel of dubbel cilinderslot met het lichaam dat de
schoot bedient
E 05 B 17/06 . Mallen voor het aftekenen van de positie van
openingen in raambeslag of deurbeslag
E 05 B 17/08 . Smeerinrichtingen
E 05 B 17/10 . Verlichtingsinrichtingen
op of voor sloten of sleutels
E 05 B 17/12 . Inrichtingen voor het verwijderen van
sleutels die vastzitten in het slot
E 05 B 17/14 . Afsluitingen of schermplaatjes voor
sleutelgaten
E 05 B 17/16 . . gevormd
als pennen of baarden
E 05 B 17/18 . . gevormd
als deksels of schuiven
E 05 B 17/20 . Middelen onafhankelijk van het
grendelmechanisme voor het voorkomen van het onrechtmatig openen, bijv. voor
het vastzetten van de schoot in de sluitpositie (pennen of pallen E05B 15/12) [4]
E 05 B 17/22 . Middelen voor het bedienen of regelen van
accessoires van slotinrichtingen of bevestigingsinrichtingen, d.w.z. anders dan
de sluitlichamen, bijv. schakelaars of aanwijsmiddelen (E05B 39/00 tot E05B
45/00 hebben voorrang) [4]
E 05 B 19/00 Sleutels;
Accessoires daarvoor (zie voor het maken van sleutels de relevante plaatsen, bijv.
B21D 53/42; frezen van groeven in sleutels B23C 3/35)
E 05 B 19/02 . Constructie van de sleutelschacht
E 05 B 19/04 . Constructie van de boog van sleutels;
Constructie van platte sleutels
E 05 B 19/06 . Baarden; Baarden van platte sleutels
E 05 B 19/08 . . Speciale
vormen van baarden, bijv. dubbele baarden of opvouwbare baarden
E 05 B 19/10 . Bevestigen van de baard en de boog op
sleutelschachten
E 05 B 19/12 . Sleutels met diverse baarden die ten
opzichte van elkaar bewegen tijdens gebruik
E 05 B 19/14 . Dubbele sleutels
E 05 B 19/16 . Extreem dunne sleutels die zonder rotatie
werken
E 05 B 19/18 . Sleutels die verstelbaar zijn voor gebruik
E 05 B 19/20 . Lopers; Inrichtingen voor het opensteken van
sloten; Andere inrichtingen voor een soortgelijk doel
E 05 B 19/22 . Sleutels met inrichtingen voor het aanduiden
of de laatste handeling sluiten of ontsluiten was
E 05 B 19/24 . Onderscheidingstekens voor sleutels
E 05 B 19/26 . Gebruik van speciale materialen voor
sleutels
E 05 B 21/02 . met identieke tuimelaars
E 05 B 21/04 . met aanslagpennen op de tuimelaar (E05B
21/02 heeft voorrang)
E 05 B 21/06 . Cilindersloten, bijv.
beveiligingssloten
E 05 B 25/02 . met tuimelaars waarbij in de uitsnede daarvan
de baard wordt bewogen
E 05 B 25/04 . met tuimelaars waarin de aanslagpen in
hellende richting wordt geleid van de ene sluitpositie naar de andere
E 05 B 25/06 . met tuimelaars waarin de aanslagpen langs
een gebogen pad wordt geleid van de ene sluitpositie naar de andere
E 05 B 25/08 . met tuimelaars met beweegbare pallen die de
sleutel raken
E 05 B 25/10 . met tuimelaars die zijn gevormd voor het
tegen elkaar aanliggen ter bepaling van hun ongesloten positie
E 05 B 27/02 . bediend door de rand van de sleutel
E 05 B 27/04 . . radiaal
in één rij geplaatst
E 05 B 27/06 . . radiaal
in meer dan één rij geplaatst
E 05 B 27/08 . . axiaal
geplaatst
E 05 B 27/10 . bediend door andere vlakken van de sleutel,
bijv. openingen voor het opnemen van uitsteeksels op de tuimelaars
E 05 B 29/02 . bediend door de rand van de sleutel
E 05 B 29/04 . . enkel
geplaatst
E 05 B 29/06 . . in paren geplaatst
E 05 B 29/08 . bediend
door andere vlakken van de sleutel
E 05 B 29/10 . . bediend
door een gebogen groef of gleuf
E 05 B 29/12 . . bediend
door een gebogen ribbe
E 05 B 29/14 . met zowel axiaal als radiaal geplaatste
plaatvormige tuimelaars
E 05 B 35/02 . die zijwaarts kunnen worden geschoven
E 05 B 35/04 . voor treksleutels
E 05 B 35/06 . voor schroefsleutels
E 05 B 35/08 . die
worden bediend door meerdere sleutels
E 05 B 35/10 . . met
moedersleutels en lopers
E 05 B 35/12 . . waarvoor
het gebruik van twee sleutels nodig is, bijv. sloten van bankkluizen
E 05 B 35/14 . met sleutels waarvan verschillende delen
aparte mechanismen bedienen
E 05 B 37/00 Permutatiesloten
(lettersloten of cijfersloten) (elektrische permutatiesloten E05B 49/00); Puzzelsloten [18]
E 05 B 37/02 . met tuimelschijven of tuimelringen die zijn
aangebracht op één as, waarbij elke schijf onafhankelijk van de anderen
verstelbaar is
E 05 B 37/04 . met tuimelschijven op één as, waarbij alle
schijven verstelbaar zijn door het roteren met een verschuifbare knop
E 05 B 37/06 . . in hangsloten
E 05 B 37/08 . met
tuimelschijven op één as, waarbij alle schijven verstelbaar zijn door roterende
knop die niet wordt verschoven
E 05 B 37/10 . . in
hangsloten
E 05 B 37/12 . met tuimelschijven op diverse aasen
E 05 B 37/14 . . in hangsloten
E 05 B 37/16 . met
twee of meer drukknoppen of trekknoppen, schuiven en dergelijke
E 05 B 37/18 . . in hangsloten
E 05 B 37/20 . Puzzelsloten
E 05 B 37/22 . . in
hangsloten
E 05 B 39/02 . met te vernietigen afdichtingen of papieren
afsluitingen [4,18]
E 05 B 39/04 . met telinrichtingen of
registratie-inrichtingen
E 05 B 43/00 Tijdsloten
[18]
E 05 B 45/00 Alarmsloten
[18]
E 05 B 45/02 . met mechanisch bediende bellen
E 05 B 45/04 . met
alarminrichtingen die een knal afgeven
E 05 B 45/06 . Elektrische alarmsloten
E 05 B 45/08 . . die contact maken in het
slot of in de slagplaat
E 05 B 45/10 . . . door het inbrengen van de sleutel
E 05 B 45/12 . . . door het bewegen van de schoot
E 05 B 45/14 . . die
contact maken buiten het slot
Bedienen of regelen van
sloten door niet-mechanische middelen, bijv. op afstand [9]
E 05 B 47/00 Bedienen
of regelen van sloten of andere sluitinrichtingen door elektrische of
magnetische middelen (elektrische permutatiesloten E05B 49/00) [2,9,18]
E 05 B 47/02 . Aanpassen van sloten, klinken of delen
daarvan voor het bewegen van de schoot door elektromagnetische middelen
E 05 B 47/04 . . alleen
voor ontsluiting
E 05 B 47/06 . Regelen van mechanisch bediende schoten door
elektromagnetisch bediende pallen
E 05 B 47/08 . . waarbij
de schoot wordt teruggetrokken door een veer die wordt gespannen door het
sluiten van de vleugel
E 05 B 49/02 . met elektrische voorzieningen in het slot
E 05 B 49/04 . met elektrische voorzieningen buiten het
slot
E 05 B 51/02 . door pneumatische of hydraulische middelen
E 05 B
53/00 Bedienen of
regelen van sloten door mechanische overbrengingen, bijv.
op afstand [14]
Sloten met een voorziening
voor vergrendeling [9]
E 05 B 55/02 . waarbij de schoot wordt vastgezet door de tuimelaar
E 05 B 55/04 . waarbij de schoot wordt vastgezet door de
dwarsstaaf of de spanschroef en waarbij de handgreep wordt geblokkeerd
E 05 B 55/06 . waarbij de handgreep wordt losgekoppeld
E 05 B 55/08 . . waarbij
de schoot wordt vastgezet door dwarsbouten
E 05 B 55/10 . . zonder
vastzetten van de schoot
E 05 B 55/12 . waarbij de schoot wordt vastgezet door de
bediening van een verborgen parallel lichaam
E 05 B 55/14 . waarbij de schoot wordt vastgezet door de
bediening van een vleugelhandgreep, of door middelen in de vleugelhandgreep of
de vleugelknop
E 05 B 55/16 . . meer
door normaal gebruik van de handgreep aan een kant van de vleugel
E 05 B 59/02 . met voorzieningen voor het vastzetten van de
klink tijdens het doorschieten van de schoot
E 05 B 59/04 . Sloten waarbij de klink wordt bewogen door
een schoot, of de schoot door een klink, of de ene klink door een andere of
iets dergelijks
E 05 B 59/06 . met een schoot die verschuifbaar is in de
klink
E 05 B 63/02 . zonder veren
E 05 B 63/04 . voor
afwisselend gebruik aan de rechterzijde of de linkerzijde van vleugels
E 05 B 63/06 . met in lengterichting verstelbare schoten
E 05 B 63/08 . Insteeksloten
E 05 B 63/10 . . waarbij
slechts twee cilindrische gaten in de vleugel nodig zijn
E 05 B 63/12 . met door de bout gedragen middelen die ineengrijpen
met de houder
E 05 B 63/14 . Voorzieningen met meerdere sloten of sloten
met meerdere bouten, bijv. achter elkaar opgesteld (met een voorziening voor
vergrendeling A05B 59/00 of E05B 61/00) [4,18]
E 05 B 63/16 . waarbij de handgrepen aan tegenoverliggende
zijden onafhankelijk bewegen [18]
E 05 B 63/18 . met voorzieningen los van het
sluitmechanisme voor het vasthouden van de bout in de teruggetrokken positie
E 05 B 63/20 . . automatisch
vrijgegeven als de vleugel wordt gesloten
E 05 B 63/22 . bediend door een trekbeweging of duwbeweging
dwars op de voorplaat (E05B 35/04 heeft voorrang)
E 05 B 63/24 . Voorzieningen waarbij de ineengrijpende bevestigingsdelen
op respectievelijk de vleugel en het kozijn zijn gemonteerd, en beide
beweegbaar zijn, bijv. voor vrijgave door één van beide te verplaatsen (grendelsloten
E05B 65/48) [4,18]
E 05 B 65/02 . voor dunne, holle of dunmetalen vleugels
E 05 B 65/04 . voor vleugels die zich achter elkaar
bevinden, en scharnierend aan dezelfde kant [4,18]
E 05 B 65/06 . voor klapdeuren of tochtdeuren
E 05 B 65/08 . voor schuiframen of schuifdeuren
E 05 B 65/10 . voor paniekdeuren of nooddeuren
E 05 B 65/12 . voor voertuigen (E05B 71/00 heeft voorrang;
slotvoorzieningen voor niet-vaste voertuigdaken B60J 7/185) [2]
E 05 B 65/14 . . voor
spoorweglaadwagons en dergelijke; voor lorries (E05B 65/20 heeft voorrang)
E 05 B 65/16 . . . voor achterdeuren van goederenwagons
E 05 B 65/18 . . . met een voorzieningen voor het afdichten
E 05 B 65/19 . . voor
kofferdeksels of motorkappen van voertuigen
E 05 B 65/20 . . voor
passagiersdeuren of soortgelijke deuren
E 05 B 65/22 . . . met een rechtlijnig bewegende schoot
E 05 B 65/24 . . . . gesloten
door een speciale beweging van de deurkruk
E 05 B 65/26 . . . . waarbij
de deurkruk aan de buitenkant in een nis wordt getrokken als de deur wordt
gesloten
E 05 B 65/28 . . . . met
middelen die door de schoot worden gedragen voor ingrijping in de holte
E 05 B 65/30 . . . . waarbij
twee of meer schoten gelijktijdig worden bewogen
E 05 B 65/32 . . . waarbij de schoot draait om een as
E 05 B 65/34 . . . . waarin
het lichaam dat in de holte ingrijpt is gevormd als een blokkeerbaar tandwiel
en dergelijke
E 05 B 65/36 . . . Gelijktijdig sluiten van meerdere deuren
E 05 B 65/38 . . . . door
pneumatische of hydraulische middelen
E 05 B 65/40 . . . Sluiten van de ene deur door het dichtdoen van een andere (door niet-mechanische middelen E05B 47/00 of E05B 51/00; bediening van sloten door mechanische overbrengingen E05B 53/00; andere sluitingen dan sloten voor dubbele deuren E05C 7/06; bedienen van sloten door mechanische overbrengingen E05C 53/00)
E 05 B 65/42 . . . Vastzetten van de klink of schoot door beweging van het voertuig
E 05 B 65/44 . voor meubilair (voor laden E05B 65/46) [17]
E 05 B 65/46 . voor laden [4,17]
E 05 B 65/462 . . voor twee of meer laden [17]
E 05 B 65/463 . . . Vergrendelmechanismen of anti-kantelmechanismen voor laden, d.w.z. als één lade is geopend, dan is tenminste één van de andere laden vergrendeld [17]
E 05 B 65/464 . . . . met twee of meer grendelelementen, die zijn uitgelijnd in een eind-eind aanliggend verband [17]
E 05 B 65/465 . . . . met draaivergrendeling [17]
E 05 B 65/466 . . . . met aanspanbare of flexibele elementen, bijv. kabels, banden, kettingen of touwen [17]
E 05 B 65/467 . . . Vergrendelingstaven die zijn vastgezet vóór de laden [17]
E 05 B 65/468 . . . gebruikmakend van draaivergrendeling (E05B 65/465 en E05B 65/467 hebben voorrang) [17]
E 05 B 65/48 . Grendelsloten (andere grendelsluitingen dan sloten E05C 19/08)
E 05 B 65/50 . . voor
aktentassen
E 05 B 65/52 . Andere
sloten voor kisten, dozen, koffers, manden, reistassen en dergelijke [18]
E 05 B 67/00 Hangsloten (permutatiesloten E05B
37/00); Details daarvan
E 05 B 67/02 . Behuizingen
E 05 B 67/04 . . Gepantserde behuizingen
E 05 B 67/06 . Schakelsluitingen; Plaatsing van de schakels
E 05 B 67/08 . . Hangsloten
met schakels die scharnierend vastzitten aan de behuizing
E 05 B 67/10 . . . met inrichtingen voor het vastzetten van het
vrije uiteinde van de schakel
E 05 B 67/12 . . . . met
ingebouwde cilindersloten
E 05 B 67/14 . . . met inrichtingen voor het vastzetten van het
scharnierende uiteinde van de schakel
E 05 B 67/16 . . . . met
ingebouwde cilindersloten
E 05 B 67/18 . . . met inrichtingen voor het vastzetten van
beide uiteinden van de schakel
E 05 B 67/20 . . . . met
ingebouwde cilindersloten
E 05 B 67/22 . . Hangsloten
met verschuifbare schakels, met of zonder roterende beweging of draaibeweging
E 05 B 67/24 . . . met ingebouwde cilindersloten
E 05 B 67/26 . . . met schroefwerking, met of zonder
verplaatsing van de schakel door het draaien van de sleutel
E 05 B 67/28 . . Hangsloten
met schakels die een cirkel vormen
E 05 B 67/30 . . . met ingebouwde cilindersloten
E 05 B 67/32 . . Hangsloten
met tangvormige schakels
E 05 B 67/34 . . . met ingebouwde cilindersloten
E 05 B 67/36 . Hangsloten met andere sluitmiddelen dan
schakels
E 05 B 67/38 . Hulpinrichtingen of beschermende
inrichtingen
Grendelinrichtingen voor
kleding, stokken, paraplu’s of fietsen
E 05 B 69/00 Inrichtingen
voor het vergrendelen van kleding; Afsluitbare kledinghouders of kleerhangers [18]
E 05 B 69/02 . Afsluitbare kleerhaken (sluitgrendels met
muntautomaat G07F 17/10) [18]
E 05 B 71/00 Speciaal
aangepaste andere sloten voor fietsen dan hangsloten (sloten die deel uitmaken
van fietsen B62H 5/00)
E 05 B 71/02 . met permutatiesluitinrichtingen
E 05 B
73/00 Inrichtingen
voor het vergrendelen van draagbare objecten tegen onrechtmatig verwijdering;
Sluitinrichtingen voorzover niet vallend onder andere groepen van deze
subklasse [8]
E 05 B 73/02 . voor wandelstokken of paraplu’s [18]
Sloten voor andere voertuigen dan fietsen
E 05 B 77/00 Voertuigsloten
die worden gekenmerkt door speciale functies of doeleinden (speciaal aangepaste
sloten voor fietsen E05B 71/00; slotvoorzieningen voor niet-vaste
voertuigdaken B60J 7/185) [14]
E 05
B 77/02 . voor
ongevalssituaties [14]
E 05
B 77/04 . . Voorkomen van ongewenste slotbediening,
bijv. ontgrendeling, op het moment van de botsing [14]
E 05
B 77/06 . . . door
middel van traagheidskrachten [14]
E 05
B 77/08 . . Voorzieningen voor het beschermen van
voetgangers [14]
E 05
B 77/10 . . Het mogelijk maken open te doen bij een vervormde
carrosserie, bijv. door vervorming van slotonderdelen tegen te gaan [14]
E 05
B 77/12 . . Automatisch afsluiten of ontsluiten op het
moment van de botsing [14]
E 05
B 77/14 . Speciaal
geregelde sluitingsingrepen bij open deuren of bij deuren die worden bewogen
van een open naar een gesloten positie, bijv. om buitensluiten of
zelf-annulering te voorkomen [14]
E 05
B 77/16 . . Voorkomen van afsluiting als de grendel zich
in ontgrendelde positie bevindt, bijv. als de deur open staat [14]
E 05
B 77/18 . . Afsluiten zonder sleutel met
zelf-annulering, bijv. resulterend in een ontsluitingsingreep als de deur wordt
gesloten [14]
E 05
B 77/20 . . . Override van zelf-annulering, bijv. bij
het bedienen van de handgreep terwijl de deur gesloten is [14]
E 05
B 77/22 . Functies
die zijn gerelateerd aan de bediening van sloten voor het
passagierscompartiment van het voertuig [14]
E 05
B 77/24 . . ter voorkoming van het gebruik van een
deurhandgreep, een dorpelknop, een slotknop en dergelijke aan de binnenzijde [14]
E 05
B 77/26 . . . speciaal
aangepast voor de veiligheid van kinderen [14]
E 05
B 77/28 . . . om
diefstal te voorkomen, bijv. dubbelvergrendeling of supervergrendeling [14]
E 05
B 77/30 . . voor het kunnen openen door middel van een
deurhandgreep aan de binnenzijde, zelfs al is de deur op slot [14]
E 05
B 77/32 . voor het
gelijktijdig kunnen bedienen van afsluitingselementen en ontsluitingselementen,
en een handgreep, bijv. het voorkomen van storing tussen een
ontsluitingsingreep en een ontgrendelingsingreep [14]
E 05
B 77/34 . Bescherming tegen weer of vuil, bijv. tegen
het binnendringen van water (afdichtingen of afschermingen voor
sleutelgaten E05B 17/14) [14]
E 05
B 77/36 . Voorkomen
van lawaai; Anti-rammelmiddelen [14]
E 05
B 77/38 . . Dempingselementen, elastische
geleidingselementen of vasthoudelementen, bijv. voor het dempen van de inslag
van de grendel tegen de slagpin tijdens het sluiten van de deur [14]
E 05
B 77/40 . . Slotelementen die zijn bedekt met
geluiddempende lagen, bijv. coatings [14]
E 05
B 77/42 . Middelen
voor het dempen van de beweging van slotonderdelen, bijv. het vertragen van de
terugbeweging van een handgreep (E05B 77/38 heeft voorrang) [14]
E 05
B 77/44 . Voorkomen
van inbraak, bijv. het beschermen tegen opening met ongeoorloofd gereedschap
(E05B 77/28 heeft voorrang) [14]
E 05
B 77/46 . Gelijktijdig
afsluiten van meerdere deuren [14]
E 05
B 77/48 . . met elektrische middelen [14]
E 05
B 77/50 . . met pneumatische of hydraulische
middelen [14]
E 05
B 77/52 . Afsluiten
van de ene deur door een andere dicht te doen [14]
E 05
B 77/54 . Automatisch
blokkeren of ontsluiten van grendels veroorzaakt door bepaalde
voertuigparameters, bijv. bij overschrijden van een snelheidsdrempel
(veroorzaakt door een voertuigbotsing E05B 77/12) [14]
E 05
B 79/00 Monteren of bevestigen van voertuigsloten of delen
daarvan [14]
E 05
B 79/02 . Monteren van voertuigsloten of delen daarvan
[14]
E 05
B 79/04 . . Monteren van slotbehuizingen aan het
voertuig, bijv. aan de deur [14]
E 05
B 79/06 . . Monteren van handgrepen, bijv. aan de deur
of aan het slot [14]
E 05
B 79/08 . . Monteren van afzonderlijke slotelementen in
het slot, bijv. hefbomen [14]
E 05
B 79/10 . Verbindingen
tussen beweegbare slotonderdelen [14]
E 05
B 79/12 . . gebruikmakend van verbindingsstangen [14]
E 05
B 79/14 . . . waarbij
de stangen met elkaar verbonden zijn [14]
E 05
B 79/16 . . . gekenmerkt
door middelen voor het verbinden van de stangen aan andere slotonderdelen,
bijv. aan hefbomen [14]
E 05 B 79/18 . . . Stanggeleiders [14]
E 05
B 79/20 . . gebruikmakend van flexibele verbindingen,
bijv. Bowdenkabels [14]
E 05
B 79/22 . . Werkzame verbindingen tussen handgrepen,
dorpelknoppen of slotknoppen en de afsluiteenheid (monteren
van niet-beweegbare basiselementen van een handgreep aan een slot E05B 76/06) [14]
E 05
B 81/00 Elektrisch bediende voertuigsloten [14]
E 05
B 81/02 . gekenmerkt
door het soort gebruikte actuatoren [14]
E 05
B 81/04 . . Elektrisch (elektrische circuits E05B 81/54)
[14]
E 05
B 81/06 . . . gebruikmakend
van rotatiemotoren [14]
E 05
B 81/08 . . . gebruikmakend
van elektromagneten of spoelen [14]
E 05
B 81/10 . . Hydraulisch of pneumatisch (hydraulische of
pneumatische circuits E05B 81/52) [14]
E 05
B 81/12 . gekenmerkt
door de functie of het doel van de aangedreven actuatoren [14]
E 05
B 81/14 . . werkend op grendelschoten, bijv. voor het
ontgrendelen van de grendel [14]
E 05
B 81/16 . . werkend op afsluitingselementen voor
sluitingsingrepen of ontsluitingsingrepen [14]
E 05
B 81/18 . . voor het veroorzaken van de beweging van
grendels (E05B 81/20 heeft voorrang) [14]
E 05
B 81/20 . . voor het ondersteunen van de uiteindelijke
afsluiting of voor het op gang brengen van het openen [14]
E 05
B 81/22 . . . door
het bewegen van de slagpin [14]
E 05
B 81/24 . gekenmerkt
door constructieve kenmerken van de aandrijving of de krachtoverbrenging [14]
E 05
B 81/26 . . Overbrengingselementen [14]
E 05
B 81/28 . . . Lineair
heen en weer bewegende elementen [14]
E 05
B 81/30 . . . Roterende
elementen [14]
E 05
B 81/32 . . Details van de aandrijfoverbrenging [14]
E 05
B 81/34 . . . van
tandwieloverbrengingen [14]
E 05
B 81/36 . . . . Geared
sectors, bijv. waaiervormige tandwielen [14]
E 05
B 81/38 . . . . Planetaire tandwielen [14]
E 05
B 81/40 . . . Moeren
of moervormige elementen die langs een aangedreven as met schroefdraad bewegen [14]
E 05
B 81/42 . . . Kammen
[14]
E 05
B 81/44 . . . . in de vorm van groeven [14]
E 05
B 81/46 . . . Koppelingen
[14]
E 05
B 81/48 . . Actuatoren die in één richting worden
aangedreven [14]
E 05
B 81/50 . . Aangedreven actuatoren met automatische
terugkeer in de neutrale positie door niet-aangedreven middelen, bijv. door
veren [14]
E 05
B 81/52 . Pneumatische
of hydraulische circuits (voor het gelijktijdig afsluiten van meerdere deuren
E05B 77/50) [14]
E 05
B 81/54 . Elektrische
circuits (voor het gelijktijdig afsluiten van meerdere deuren E05B 77/48) [14]
E 05
B 81/56 . . Regelen van actuatoren [14]
E 05
B 81/58 . . . waarbij
sprake is van tijdregeling, bijv. voor het regelen van de looptijd van
elektromotoren [14]
E 05
B 81/60 . . . gebruikmakend
van pulsregeling, bijv. pulsbreedtemodulatie [14]
E 05
B 81/62 . . . voor
het openen of sluiten van een circuit afhankelijk van elektrische parameters,
bijv. toename van de motorstroom [14]
E 05
B 81/64 . . Bewaken of aftasten, bijv. gebruikmakend van
schakelaars of sensoren [14]
E 05
B 81/66 . . . van
de grendelpositie, d.w.z. de vergrendelingstoestand [14]
E 05
B 81/68 . . . . door aftasten van de positie van de pal [14]
E 05
B 81/70 . . . van
de deurpositie [14]
E 05
B 81/72 . . . van
de sluittoestand, d.w.z. de vergrendelde of ontgrendelde toestand [14]
E 05
B 81/74 . . . . door aftasten van de toestand van de
actuator [14]
E 05
B 81/76 . . . Detecteren
van de handgreepwerking; Detecteren van een gebruiker die een handgreep nadert;
Elektrische schakelingrepen uitgevoerd door handgrepen [14]
E 05
B 81/78 . . . . als onderdeel van een hands-free vergrendelingsbediening of ontgrendelingsbediening [14]
E 05
B 81/80 . . gekenmerkt door de stroomtoevoer;
Noodstroombediening [14]
E 05
B 81/82 . . . gebruikmakend
van andere batterijen dan de voertuigaccu [14]
E 05
B 81/84 . . . gebruikmakend
van met de hand bediende generatoren [14]
E 05
B 81/86 . . . gebruikmakend
van condensatoren [14]
E 05
B 81/88 . . . gebruikmakend
van inductieve energie-overdracht [14]
E 05
B 81/90 . Handmatige
override bij stroomuitval [14]
E 05
B 83/00 Speciaal aangepaste voertuigsloten voor specifieke
soorten deuren of voertuigen (speciaal
aangepaste sloten voor fietsen E05B 71/00; slotvoorzieningen voor
niet-vaste voertuigdaken B60J 7/185;
grendelmiddelen voor zijschotten of laadkleppen van open laadruimten B62D
33/037) [14]
E 05
B 83/02 . Sloten
voor vrachtwagons of vrachtcontainers voor het spoor; Sloten voor de
laadruimten van beroepsmatige vrachtwagens of bestelwagens [14]
E 05
B 83/04 . . voor schuifdeuren [14]
E 05
B 83/06 . . . van
vrachtwagons [14]
E 05
B 83/08 . . met langwerpige stangen voor het bedienen
van de vastzetmiddelen [14]
E 05
B 83/10 . . . Roterende
stangen [14]
E 05
B 83/12 . . voor de achterdeuren van bestelwagens (E05B
83/04 en E05B 83/08 hebben voorrang) [14]
E 05
B 83/14 . . met voorzieningen voor het afdichten [14]
E 05
B 83/16 . Sloten
voor bagagecompartimenten, kofferdeksels of motorkappen [14]
E 05
B 83/18 . . voor kofferdeksels of bagagecompartimenten
achter [14]
E 05
B 83/20 . . . met
twee of meer delen die gezamenlijk één compartiment afsluiten [14]
E 05
B 83/22 . . voor bagagecompartimenten aan de zijkant van
het voertuig, bijv. van bussen of kampeerwagens [14]
E 05
B 83/24 . . voor motorkappen [14]
E 05
B 83/26 . . Nood-openingsmiddelen voor personen die
opgesloten zitten in het bagagecompartiment [14]
E 05
B 83/28 . Sloten
voor handschoenenkasten, consolekasten, benzinetankkleppen en dergelijke [14]
E 05
B 83/30 . . voor handschoenenkasten [14]
E 05
B 83/32 . . voor consolekasten, bijv. tussen de
stoelzittingen [14]
E 05
B 83/34 . . voor brandstoftankkleppen die in wezen in
één vlak liggen met het oppervlak van de voertuigcarrosserie [14]
E 05
B 83/36 . Sloten
voor passagiersdeuren en dergelijke [14]
E 05 B 83/38 . . voor
voertuigen zonder deurstijlen, d.w.z. voertuigen waarbij een voorste deur en
een achterste deur tegen elkaar liggen in gesloten toestand [14]
E 05
B 83/40 . . voor schuifdeuren [14]
E 05
B 83/42 . . voor grote beroepsvoertuigen, bijv.
vrachtwagens, bouwvoertuigen of voertuigen voor massatransport [14]
E 05
B 83/44 . . voor recreatievoertuigen, bijv. caravans of
kampeerwagens [14]
E 05 B 85/00 Details
van voertuigsloten voor zover niet vallend onder
de groepen E05B 77/00 tot E05B 83/00 [14]
E 05
B 85/02 . Slotbehuizingen
[14,18]
E 05
B 85/04 . Slagpinnen
[14]
E 05
B 85/06 . Slotcilindervoorzieningen
[14]
E 05
B 85/08 . Dorpelknoppen,
sierknoppen of deurslotknoppen aan de binnenzijde [14]
E 05
B 85/10 . Handgrepen
[14]
E 05
B 85/12 . . Deurhandgrepen aan de binnenzijde [14]
E 05
B 85/14 . . Handgrepen die draaien om een as parallel
aan de deur [14]
E 05
B 85/16 . . . waarbij
een langwerpig handgreepdeel aan één zijde wordt gedraaid om een as dwars op de
lengteas van het handgreepdeel [14]
E 05
B 85/18 . . . waarbij
een langwerpig handgreepdeel wordt gedraaid om een as parallel aan de lengteas
van het handgreepdeel [14]
E 05
B 85/20 . Grendels
of schoten [14]
E 05
B 85/22 . . Rechtlijnig bewegende grendels [14]
E 05
B 85/24 . . Grendels die om een as draaien [14]
E 05
B 85/26 . . . Samenwerking
tussen grendels en schoten [14]
E 05
B 85/28 . . . waarin
het lichaam dat tegen de houder aanligt de vorm heeft van bijvoorbeeld een
tandwiel [14]