SECTIE F         WERKTUIGBOUWKUNDE; VERLICHTING; VERWARMING; WAPENS; EXPLOSIEVEN

 

WAPENS; EXPLOSIEVEN

 

F 42        MUNITIE; EXPLOSIEVEN

 

              Aantekeningen

 

              (1)      Onder deze klasse vallen tevens middelen voor oefening of training die aspecten van nabootsing kunnen bevatten, hoewel simulatoren in het algemeen vallen onder klasse G09. [4]

              (2)      In deze klasse worden de volgende termen of uitdrukkingen gebruikt met de aangegeven betekenissen:

                        -        "ontstekingsmiddel" veroorzaakt de eerste explosieve stap in de volgorde van explosie; [2]

                        -        "slaghoedje" betekent een ontstekingsmiddel dat wordt stukgemaakt om te exploderen; [2]

                        -        "ontsteker" veroorzaakt de eerste vonk-producerende of warmte-producerende stap maar hoeft niet explosief te zijn; [2]

                        -        "ontbrandingsmiddel" of "initiator" (respectievelijk gebruikt bij wapens en explosieven) betekent een inrichting die direct op het ontstekingsmiddel werkt, waarbij de inrichting al dan niet deel kan uitmaken van de ontstekingsbuis; [2]

                        -        "detonator" of "detonerende stof" betekent een lading die wordt gebruikt voor het versterken van de explosie van het ontstekingsmiddel; [2]

                        -        "ontstekingsbuis" betekent een stelsel of mechanisme met veiligheidsmiddelen en bewapeningsmiddelen waarbij de explosie alleen kan plaatsvinden onder bepaalde condities; dit stelsel of mechanisme bepaalt tevens het moment (direct of vertraagd) of de wijze van afvuren, bijv. inslag, nabijheid of hydrostatische druk; [2]

                        -        "munitie" omvat een stuwlading en een projectiel die al dan niet samen één lichaam vormen, tenzij duidelijk anders wordt verklaard; [2]

                        -        "projectiel", "raketprojectiel" of "projectiel of raketprojectiel" betekent een lichaam dat wordt weggeschoten of voortbewogen; [4]

                        -        "geleid raketprojectiel" betekent een projectiel of raketprojectiel dat wordt geleid tijdens tenminste een deel van het afgelegde traject; [4]

                        -        "raket" betekent een projectiel of raketprojectiel dat zelf-vliegend is, tijdens tenminste een deel van het afgelegde traject, door een raketmotor, d.w.z. door een straalvoortstuwingsmotor die zowel de brandstof als de oxidant daarvoor draagt; [4]

                        -        "schokbuis" of "lont" betekent een continue reeks explosieven die wordt omsloten in een gewoonlijk flexibel koord of flexibele kabel voor het laten afgaan van een explosieve lading bij explosieven. [5]

 

F 42 B     EXPLOSIEVE LADINGEN, BIJV. VOOR EXPLOSIEVEN; VUURWERK; MUNITIE (explosieve samenstellingen C06B; ontstekingsbuizen F42C; explosieven F42D) [2,5]

 

F 42 B       1/00                    Explosieve ladingen die worden gekenmerkt door hun vorm of gedaante, maar die niet afhangen van de vorm van de container

F 42 B       1/02                    .    Gevormde of holle ladingen (springpatronen met holten in de lading F42B 3/08; oliewinning waarbij gebruik wordt gemaakt van perforatoren met een gevormde lading E21B 43/116)

F 42 B       1/024                  .    .    voorzien van ingebedde lichamen van een inert materiaal [5]

F 42 B       1/028                  .    .    gekenmerkt door de vorm van de bekleding [5]

F 42 B       1/032                  .    .    gekenmerkt door het materiaal van de bekleding [5]

F 42 B       1/036                  .    .    Fabricageprocessen daarvoor [5]

F 42 B       1/04                    .    Detonerende stoffen die geen deel uitmaken van de ontstekingsbuis

 

F 42 B       3/00                    Springpatronen, d.w.z. hulzen met explosief materiaal (lonten, bijv. detonerende lonten, C06C 5/00; chemische aspecten van detonatoren, knalhoedjes of ontstekingsmiddelen C06C 7/00)

F 42 B       3/02                    .    aangepast om te worden verenigd tot stelsels

F 42 B       3/04                    .    voor de produceren van gas onder druk

F 42 B       3/06                    .    .    met een opnieuw bruikbare huls

F 42 B       3/08                    .    met holten in de lading, bijv. springpatronen met een holle lading

F 42 B       3/087                  .    Flexibele of vervormbare springpatronen, bijv. zakken of slangen (geladen patroonhulzen F42B 5/38) [5]

F 42 B       3/093                  .    .    in de vorm van een mat of een band [5]

F 42 B       3/10                    .    Initiatoren daarvoor (slagontstekingsbuizen F42C 7/00; slaghoedjes F42C 19/10; elektrische ontstekingsmiddelen F42C 19/12)

 

              Aantekening

 

              Groep F42B 3/18 heeft voorrang boven de groepen F42B 3/103 tot F42B 3/16.

 

F 42 B       3/103                  .    .    Monteren van initiatorkoppen in initiatoren; Afdichtingsproppen [5]

F 42 B       3/107                  .    .    .    Afdichtingsproppen die worden gekenmerkt door het gebruikte materiaal [5]

F 42 B       3/11                    .    .    gekenmerkt door het gebruikte materiaal, bijv. voor de initiatorhuls of elektrische bedrading (F42B 3/107 heeft voorrang) [5]

F 42 B       3/113                  .    .    geactiveerd door optische middelen, bijv. laserlicht of flitslicht [5]

F 42 B       3/117                  .    .    geactiveerd door wrijving [5]

F 42 B       3/12                    .    .    Bruginitiatoren

F 42 B       3/13                    .    .    .    met een halfgeleiderbrug [5]

F 42 B       3/14                    .    .    Vonkinitiatoren

F 42 B       3/16                    .    .    Vertragingsinitiatoren

F 42 B       3/18                    .    .    Veiligheidsinitiatoren die bestendig zijn tegen het vroegtijdig afvuren door statische elektriciteit of zwerfstromen

F 42 B       3/182                  .    .    .    met aftakmiddelen [5]

F 42 B       3/185                  .    .    .    met halfgeleider-afdichtingsproppen [5]

F 42 B       3/188                  .    .    .    met radiofrequentiefilters [5]

F 42 B       3/192                  .    .    ontworpen voor neutralisatie bij contact met water [5]

F 42 B       3/195                  .    .    Maken [5]

F 42 B       3/198                  .    .    .    van elektrische initiatorkoppen [5]

F 42 B       3/22                    .    Elementen voor het regelen of geleiden van de detonatiegolf, bijv. buizen (gebruikmakend van inerte lichamen die zijn ingebed in gevormde of holle ladingen F42B 1/024) [5]

F 42 B       3/24                    .    Patroonsluitingen of patroonafdichtingen (topsluitingen voor munitiepatronen van jachtgeweren F42B 7/12) [5]

F 42 B       3/26                    .    Voorzieningen voor het monteren van initiatoren; Accessoires daarvoor, bijv. gereedschap [5]

F 42 B       3/28                    .    Patroonhulzen die worden gekenmerkt door het gebruikte materiaal, bijv. coatings (voor initiatorhulzen F42B 3/11) [5]

 

F 42 B       4/00                    Vuurwerk, d.w.z. pyrotechnische inrichtingen voor amusement, reclame, verlichting of signalering (signaleren door explosieven G08B; adverteren door vuurwerk G09F 13/46) [2]

F 42 B       4/02                    .    in de vorm van patronen, d.w.z. een omhulling, stuwmiddel en ontstekingsmiddel [2]

F 42 B       4/04                    .    Voetzoekers [2]

F 42 B       4/06                    .    Siervuurwerkraketten (raketten in het algemeen F42B 15/00) [2]

F 42 B       4/08                    .    .    gekenmerkt door de aanwezigheid van windvanen, vleugels, parachutes of ballonnen [2]

F 42 B       4/10                    .    .    gekenmerkt door de aanwezigheid van middelen voor het scheiden van een artikel of lading van een omhulsel zonder het omhulsel te vernietigen [2]

F 42 B       4/12                    .    .    .    Scheiden van een parachute of fakkel [2]

F 42 B       4/14                    .    .    gekenmerkt door de aanwezigheid van meerdere achtereenvolgens ontstoken ladingen [2]

F 42 B       4/16                    .    Met de hand geworpen, bij inslag exploderende lawaaimakers (klappertjespistolen F41C 3/06) [4]

F 42 B       4/18                    .    Simulaties, bijv. een dennenappel, vernietigd huis, oorlogsschip of vulkaan [2]

F 42 B       4/20                    .    gekenmerkt door de aanwezigheid van een andere houder of steun dan een omhulsel, bijv. een werveldrager of spijkerdrager [2]

F 42 B       4/22                    .    gekenmerkt door de aanwezigheid van middelen voor het scheiden van een artikel of lading van een omhulsel zonder het omhulsel te vernietigen (bij siervuurwerkraketten F42B 4/10) [2]

F 42 B       4/24                    .    gekenmerkt door de aanwezigheid van meerdere achtereenvolgens ontstoken ladingen (bij siervuurwerkraketten F42B 4/14) [2]

F 42 B       4/26                    .    Fakkels; Toortsen [2]

F 42 B       4/28                    .    .    Fakkels aan parachutes (F42B 4/12 heeft voorrang) [2]

F 42 B       4/30                    .    Maken [2]

 

F 42 B       5/00                    Patroonmunitie, bijv. apart geladen stuwladingen (jachtgeweermunitie F42B 7/00; oefenmunitie of trainingsmunitie F42B 8/00; raketprojectielen daarvoor F42B 12/00, F42B 14/00 of F42B 15/00)

F 42 B       5/02                    .    Patronen, d.w.z. hulzen met een stuwlading en een raketprojectiel

F 42 B       5/03                    .    .    met meer dan één raketprojectiel [4]

F 42 B       5/045                  .    .    telescopisch (F42B 5/184 heeft voorrang) [5]

F 42 B       5/05                    .    .    voor geweren zonder terugslag (geweren zonder terugslag waarbij gebruik wordt gemaakt van een tegenprojectiel voor het opheffen van terugslag F41A 1/10) [4]

F 42 B       5/067                  .    .    Bevestigen of vergrendelen van raketprojectielen in patroonhulzen (F42B 5/18 heeft voorrang) [5]

F 42 B       5/073                  .    .    .    gebruikmakend van een extra blokkeerelement [5]

F 42 B       5/08                    .    .    gemodificeerd voor elektrische ontsteking

F 42 B       5/10                    .    .    met een zelf-vliegende kogel

F 42 B       5/14                    .    .    voor het merken van vee

F 42 B       5/145                  .    .    voor het afgeven van gassen, dampen, poeders, deeltjes of chemisch-reactieve substanties (uit projectielen F42B 12/46 of F42B 12/70) [5]

F 42 B       5/15                    .    .    .    voor het creëren van afscherming of afleiding, bijv. gebruikmakend van radarsnippers of infraroodmateriaal (infraroodfakkels F42B 4/26) [5]

F 42 B       5/155                  .    .    .    .    Rookpotwerpers, bijv. aangebracht op voertuigen [5]

F 42 B       5/16                    .    .    gekenmerkt door de samenstelling of de fysieke afmeting of vorm van de stuwlading of het poeder (chemische samenstelling C06B)

F 42 B       5/18                    .    .    Munitie zonder huls; Patronen met brandbare hulzen [5]

F 42 B       5/184                  .    .    .    telescopisch [5]

F 42 B       5/188                  .    .    .    Fabricageprocessen daarvoor [5]

F 42 B       5/192                  .    .    .    Patroonhulzen die worden gekenmerkt door het gebruikte materiaal [5]

F 42 B       5/196                  .    .    .    .    Coatings [5]

F 42 B       5/24                    .    .    voor reiniging; voor koeling; voor smering [5]

F 42 B       5/26                    .    Patroonhulzen (F42B 5/18 heeft voorrang)

F 42 B       5/28                    .    .    van metaal

F 42 B       5/285                  .    .    .    gevormd door het samenstellen van meerdere elementen [4]

F 42 B       5/29                    .    .    .    .    gewikkeld uit platen of stroken [4]

F 42 B       5/295                  .    .    .    gecoat [4]

F 42 B       5/297                  .    .    .    .    met kunststoffen [5]

F 42 B       5/30                    .    .    van kunststoffen

F 42 B       5/307                  .    .    .    gevormd door het samenstellen van meerdere elementen [4]

F 42 B       5/313                  .    .    .    .    waarbij alle elementen zijn gemaakt van kunststoffen [4]

F 42 B       5/32                    .    .    met randontsteking

F 42 B       5/34                    .    .    met een voorziening voor het variëren van de lengte

F 42 B       5/36                    .    .    gemodificeerd voor het onderbrengen van een ingebouwd ontbrandingshoedje

F 42 B       5/38                    .    Apart geladen stuwladingen, bijv. patroontassen [4]

 

F 42 B       6/00                    Speciaal aangepaste projectielen of raketprojectielen om weg te schieten zonder gebruik van een explosieve of brandbare stuwlading, bijv. voor blaaswapens, bogen of kruisbogen of in de hand gehouden veerpistolen of luchtdrukgeweren (voor het afgeven van injectie-ladingen F42B 12/54; werppijltjes A63B 65/02; projectielen of raketprojectielen met veren als wegschietmiddelen F41B 7/02) [5]

F 42 B       6/02                    .    Pijlen; Kruisboogpijlen; Harpoenen voor in de hand gehouden veerpistolen of luchtdrukgeweren [5]

F 42 B       6/04                    .    .    Boogpijlen (F42B 6/08 en F41B 5/06 hebben voorrang) [5]

F 42 B       6/06                    .    .    .    Staarten, bijv. inkepingen of veren [5]

F 42 B       6/08                    .    .    Pijlpunten; Harpoenkoppen [5]

F 42 B       6/10                    .    Hagel voor luchtdrukgeweren [5]

 

F 42 B       7/00                    Jachtgeweermunitie

F 42 B       7/02                    .    Patronen, d.w.z. hulzen met een stuwlading en een raketprojectiel

F 42 B       7/04                    .    .    met hagel

F 42 B       7/06                    .    .    met een patroonhuls van kunststoffen

F 42 B       7/08                    .    .    Vulsels daarvoor

F 42 B       7/10                    .    .    Kogels of kogelbrokken als jachtgeweerpatronen

F 42 B       7/12                    .    .    Patroonsluitingen, d.w.z. voor de zijkant van het raketprojectiel (sluitingen voor explosiepatronen F42B 3/24) [5]

 

F 42 B       8/00                    Oefenmunitie of trainingsmunitie [4]

F 42 B       8/02                    .    Patronen [5]

F 42 B       8/04                    .    .    Losse patronen, d.w.z. patronen met ontstekingsmiddel zonder projectiel maar met een explosieve of brandbare poederlading [5]

F 42 B       8/06                    .    .    .    voor klappertjespistolen [5]

F 42 B       8/08                    .    .    Losse flodders, d.w.z. inerte patronen die noch een ontstekingsmiddel noch een explosieve of brandbare poederlading bevatten [5]

F 42 B       8/10                    .    .    met een verloopstuk voor kleinere kalibers [5]

F 42 B       8/12                    .    Projectielen of raketprojectielen (F42B 10/48, F42B 12/36 en F42B 19/36 hebben voorrang) [5]

F 42 B       8/14                    .    .    uit elkaar vallend tijdens de vlucht of bij inslag [5]

 

              Aantekening

 

              Groep F42B 8/14 heeft voorrang boven de groepen F42B 8/18 tot F42B 8/26. [5]

 

F 42 B       8/16                    .    .    .    met een inert vulmiddel in poedervorm of korrelvorm [5]

F 42 B       8/18                    .    .    Geweergranaten [5]

F 42 B       8/20                    .    .    Mortiergranaten [5]

F 42 B       8/22                    .    .    Valbommen [5]

F 42 B       8/24                    .    .    Raketten [5]

F 42 B       8/26                    .    .    Handgranaten [5]

F 42 B       8/28                    .    Landmijnen of zeemijnen; Dieptebommen [5]

 

F 42 B      10/00                   Middelen voor het beïnvloeden, bijv. verbeteren, van de aerodynamische eigenschappen van projectielen of raketprojectielen; Voorzieningen op projectielen of raketprojectielen voor het stabiliseren, sturen, verkleinen of vergroten van het bereik of vertragen van de valsnelheid (F42B 6/00 heeft voorrang) [5]

F 42 B      10/02                   .    Stabilisatievoorzieningen [5]

F 42 B      10/04                   .    .    gebruikmakend van vaste vinnen (F42B 10/22 heeft voorrang) [5]

F 42 B      10/06                   .    .    .    Staartvinnen [5]

F 42 B      10/08                   .    .    .    .    Afbuigende projectielen [5]

F 42 B      10/10                   .    .    .    .    waarbij de vinnen worden gevormd in de loop door vervorming van het projectiellichaam [5]

F 42 B      10/12                   .    .    gebruikmakend van vinnen die in lengterichting kunnen verschuiven ten opzichte van het projectiel of raketprojectiel [5]

F 42 B      10/14                   .    .    gebruikmakend van vinnen die na lancering worden gespreid of uitgeklapt, bijv. na het verlaten van de loop [5]

F 42 B      10/16                   .    .    .    Wrap-around vinnen [5]

F 42 B      10/18                   .    .    .    gebruikmakend van een in lengterichting verschuifbaar steunlichaam [5]

F 42 B      10/20                   .    .    .    uitgeklapt door verbrandingsgasdruk, of door pneumatische of hydraulische krachten [5]

F 42 B      10/22                   .    .    Projectielen met gootvormige, verticale groeven [5]

F 42 B      10/24                   .    .    .    met schuine groeven [5]

F 42 B      10/26                   .    .    gebruikmakend van rondtollen (F42B 10/04, F42B 10/12, F42B 10/14, F42B 10/24 en F42B 14/02 hebben voorrang) [5]

F 42 B      10/28                   .    .    .    geïnduceerd door gaswerking [5]

F 42 B      10/30                   .    .    .    .    gebruikmakend van raketmotorspuitmonden [5]

F 42 B      10/32                   .    Voorzieningen voor het verkleinen of vergroten van het bereik; Val-vertragende middelen [5]

F 42 B      10/34                   .    .    Buisvormige projectielen [5]

F 42 B      10/36                   .    .    .    Ring-foil projectielen [5]

F 42 B      10/38                   .    .    Voorzieningen voor het vergroten van het bereik (F42B 10/34 en F42B 14/06 hebben voorrang) [5]

F 42 B      10/40                   .    .    .    met verbranding van een langzaam brandende lading, bijv. rookverspreiders of base-bleed projectielen [5]

F 42 B      10/42                   .    .    .    Gestroomlijnde projectielen [5]

F 42 B      10/44                   .    .    .    .    Speciaal aangepaste boat-tails voor het verminderen van de luchtweerstand [5]

F 42 B      10/46                   .    .    .    .    Gestroomlijnde neuskegels; Windschermen; Radarkoepels of radome’s [5]

F 42 B      10/48                   .    .    Voorzieningen voor het verkleinen van het bereik, het instabiel maken of het afremmen; Val-vertragende middelen (F42B 10/34 heeft voorrang) [5]

F 42 B      10/50                   .    .    .    Remflappen [5]

F 42 B      10/52                   .    .    .    Neuskegels [5]

F 42 B      10/54                   .    .    .    Door tolling werkende remmiddelen [5]

F 42 B      10/56                   .    .    .    in de vorm van een parachute [5]

F 42 B      10/58                   .    .    .    in de vorm van een rotochute [5]

F 42 B      10/60                   .    Stuurvoorzieningen (F42B 19/01 heeft voorrang) [5]

F 42 B      10/62                   .    .    Sturen door het bewegen van vliegvlakken [5]

F 42 B      10/64                   .    .    .    van vinnen [5]

F 42 B      10/66                   .    .    Sturen door het variëren van de intensiteit of richting van de stuwkracht (stuwstraalkoerscontrole van raketmotorinstallaties F02K 9/80) [5]

 

F 42 B      12/00                   Projectielen, raketprojectielen of mijnen die worden gekenmerkt door de oorlogskop, het bedoelde effect of het materiaal (F42B 6/00, F42B 10/00 en F42B 14/00 hebben voorrang; voor oefening of training F42B 8/12 of F42B 8/28; zelfvliegaspecten of geleidingsaspecten F42B 15/00) [5]

F 42 B      12/02                   .    gekenmerkt door de oorlogskop of het bedoelde effect [5]

F 42 B      12/04                   .    .    voor het doorboren van bepantsering [5]

F 42 B      12/06                   .    .    .    met een harde of zware kern; Binnendringers die werken met kinetische energie (F42B 12/16 en F42B 12/74 hebben voorrang) [5]

F 42 B      12/08                   .    .    .    met slaghoedjes die bepantsering doorboren; met gepantserde koepels [5]

F 42 B      12/10                   .    .    .    met een gevormde of holle lading (gevormde of holle ladingen op zich F42B 1/02) [5]

F 42 B      12/12                   .    .    .    .    roteerbaar gemonteerd ten opzichte van de behuizing van het raketprojectiel [5]

F 42 B      12/14                   .    .    .    .    waarbij de symmetrieas van de holle lading een hoek vormt met de lengteas van het projectiel [5]

F 42 B      12/16                   .    .    .    .    in combinatie met een extra projectiel of lading, en opeenvolgend op het doel inwerkend [5]

F 42 B      12/18                   .    .    .    .    .    Holle ladingen in tandemopstelling [5]

F 42 B      12/20                   .    .    hoog explosief (F42B 12/44 heeft voorrang) [5]

F 42 B      12/22                   .    .    .    met een fragmentatierompbouw [5]

F 42 B      12/24                   .    .    .    .    met groeven, inkepingen of andere wandverzwakkingen [5]

F 42 B      12/26                   .    .    .    .    waarbij de projectielwand wordt gevormd door een spiraalvormig gewikkeld element [5]

F 42 B      12/28                   .    .    .    .    waarbij de projectielwand is opgebouwd uit ringvormig elementen [5]

F 42 B      12/30                   .    .    .    .    Oorlogskoppen in de vorm van een doorlopende staaf [5]

F 42 B      12/32                   .    .    .    .    waarbij de romp of huls meerdere discrete lichamen bevat, bijv. stalen kogels, die daarin zijn ingebed [5]

F 42 B      12/34                   .    .    uitzettend vóór of tijdens de inslag, d.w.z. dumdumkogels of paddenstoelvormige kogels [5]

F 42 B      12/36                   .    .    voor het afgeven van materialen; voor het produceren van een chemische of fysische reactie; voor het signaleren [5]

F 42 B      12/38                   .    .    .    voor spooraanduiding [5]

F 42 B      12/40                   .    .    .    voor doelmarkering, d.w.z. waarbij de inslag wordt aangeduid (F42B 12/48 heeft voorrang) [5]

F 42 B      12/42                   .    .    .    voor verlichting, bijv. met fakkels [5]

F 42 B      12/44                   .    .    .    voor het veroorzaken van brand (F42B 12/46 heeft voorrang) [5]

F 42 B      12/46                   .    .    .    voor de afgeven van gassen, dampen, poeders of chemisch-reactieve substanties (F42B 12/70 heeft voorrang) [5]

F 42 B      12/48                   .    .    .    .    met rookontwikkeling [5]

F 42 B      12/50                   .    .    .    .    door dispersie [5]

F 42 B      12/52                   .    .    .    .    .    Inrichtingen met een explosief brandstof-luchtmengsel [5]

F 42 B      12/54                   .    .    .    .    door implantatie, bijv. injectieprojectielen [5]

F 42 B      12/56                   .    .    .    voor het afgeven van discrete massieve lichamen (F42B 12/70 heeft voorrang) [5]

F 42 B      12/58                   .    .    .    .    Bundelmunitie of ladingmunitie, d.w.z. projectielen die één of meer sub-raketprojectielen bevatten (F42B 12/32 heeft voorrang) [5]

F 42 B      12/60                   .    .    .    .    .    waarbij de sub-raketprojectielen radiaal worden afgeworpen [5]

F 42 B      12/62                   .    .    .    .    .    waarbij de sub-raketprojectielen parallel aan de lengteas van het projectiel worden afgeworpen [5]

F 42 B      12/64                   .    .    .    .    .    .    waarbij de sub-raketprojectielen hagelvormig zijn of afbuigen [5]

F 42 B      12/66                   .    .    .    .    .    Kettinghagel, d.w.z. waarbij de sub-raketprojectielen onderling zijn verbonden door kettingen en dergelijke [5]

F 42 B      12/68                   .    .    .    .    Raketprojectielen die aan een kabel vastzitten, bijv. voor het reddingswezen (harpoenen F42B 30/14) [5]

F 42 B      12/70                   .    .    .    .    voor het afgeven van radarsnippers of infraroodmateriaal (radarreflectiedoelen, actieve doelen die infraroodstraling uitzenden F41J 2/00; oppervlakken die radarstraling reflecteren H01Q 15/14) [5]

F 42 B      12/72                   .    gekenmerkt door het materiaal (warmtebehandeling voor explosieve omhulsels C21D 9/16) [5]

F 42 B      12/74                   .    .    van de kern of het massieve lichaam [5]

F 42 B      12/76                   .    .    van de huls [5]

F 42 B      12/78                   .    .    .    van mantels voor de kogels van handvuurwapens [5]

F 42 B      12/80                   .    .    .    Coatings [5]

F 42 B      12/82                   .    .    .    .    voor het verminderen van wrijving [5]

 

F 42 B      14/00                   Projectielen of raketprojectielen die worden gekenmerkt door voorzieningen voor het geleiden of afdichten daarvan in lopen, of voor het smeren of reinigen van lopen [5]

F 42 B      14/02                   .    Aandrijfbanden; Roterende banden (F42B 14/04 heeft voorrang) [5]

F 42 B      14/04                   .    Smeermiddelen in raketprojectielen (coatings voor het verminderen van wrijving F42B 12/82) [5]

F 42 B      14/06                   .    Projectielen met een kleiner kaliber met sabots; Sabots daarvoor [5]

F 42 B      14/08                   .    .    Sabots die zijn gevuld met stuwladingen; Verwijderen van sabots door het verbranden van pyrotechnische elementen of door stuwgasdruk (voorzieningen op lopen voor het verwijderen van sabots uit projectielen F41A 21/46) [5]

 

F 42 B      15/00                   Zelf-vliegende projectielen of raketprojectielen, bijv. raketten; Geleide raketprojectielen (F42B 10/00, F42B 12/00 en F42B 14/00 hebben voorrang; voor oefening of training F42B 8/12; rakettorpedo’s F42B 17/00; zeetorpedo’s F42B 19/00; ruimtevaartuigen B64G; straalvoortstuwingsinstallaties F02K) [4]

F 42 B      15/01                   .    Voorzieningen daarop voor geleiding of regeling (vliegtuigbesturing B64C; andere geleidingssystemen dan die welke alleen aan boord zijn geïnstalleerd F41G 7/00 of F41G 9/00; plaatsbepaling door gebruik van radiogolven of andere golven G01S; vluchtcontrole in het algemeen G05D 1/00; computeraspecten G06) [5]

F 42 B      15/04                   .    .    gebruikmakend van een kabel, bijv. voor het geleiden van grond-grondraketten

F 42 B      15/08                   .    voor het vervoeren van meetinstrumenten (aanpassingen voor meteorologie G01W 1/08)

F 42 B      15/10                   .    Raketprojectielen met een traject dat alleen door de lucht gaat

F 42 B      15/12                   .    .    Intercontinentale ballistische raketprojectielen (F42B 15/01 heeft voorrang) [4]

F 42 B      15/20                   .    Raketprojectielen met een traject dat begint onder het wateroppervlak (met extra voortstuwingsmiddelen voor het bewegen door water F42B 17/00)

F 42 B      15/22                   .    Raketprojectielen met een traject dat eindigt onder het wateroppervlak (met extra voortstuwingsmiddelen voor het bewegen door water F42B 17/00)

F 42 B      15/34                   .    Bescherming tegen oververhitting of straling, bijv. hitteschilden; Extra koelvoorzieningen [5]

F 42 B      15/36                   .    Middelen voor het onderling verbinden van raketmotor en raketlichaam; Meertrapskoppelingen; Ontkoppelmiddelen [5]

F 42 B      15/38                   .    .    Ringvormige explosieve elementen voor het scheiden van raketdelen [5]

 

F 42 B      17/00                   Rakettorpedo’s, d.w.z. raketprojectielen met aparte voortstuwingsmiddelen voor het bewegen door lucht en door water (F42B 12/00 heeft voorrang)

 

F 42 B      19/00                   Zeetorpedo’s, bijv. gelanceerd vanaf oppervlaktevaartuigen of onderzeeërs; Zeemijnen met zelfvliegmiddelen (F42B 12/00 heeft voorrang; lanceermiddelen F41F; plaatsbepaling door gebruik van radiogolven of andere golven G01S; automatische koerscontrole G05D 1/00; richtmiddelen of computers voor het vuren G06G)

F 42 B      19/01                   .    Besturingsregeling

F 42 B      19/04                   .    .    Dieptecontrole

F 42 B      19/06                   .    .    Richtingscontrole

F 42 B      19/08                   .    .    met middelen voor het voorkomen van het rollen of stampen

F 42 B      19/10                   .    .    op afstand bediend, bijv. door geluidsgolven of radiogolven (stuursystemen waarbij gebruik wordt gemaakt van kabels F41G 7/32)

F 42 B      19/12                   .    Speciaal aangepaste voortstuwing voor torpedo’s (met extra voortstuwingsmiddelen voor het bewegen door lucht F42B 17/00; scheepsvoortstuwing in het algemeen B63H)

F 42 B      19/14                   .    .    door compressiegasmotoren

F 42 B      19/16                   .    .    .    cilindermotoren

F 42 B      19/18                   .    .    .    turbinemotoren

F 42 B      19/20                   .    .    .    gekenmerkt door de samenstelling van het stuwgas; Maken of verwarmen daarvan in torpedo’s

F 42 B      19/22                   .    .    door verbrandingsmotoren

F 42 B      19/24                   .    .    door elektromotoren

F 42 B      19/26                   .    .    door straalvoortstuwing

F 42 B      19/28                   .    .    met middelen voor het vermijden van een zichtbaar wervelgebied

F 42 B      19/30                   .    .    met tijd-gestuurde voortstuwingsregeling

F 42 B      19/36                   .    aangepast om te worden gebruikt voor oefening, bijv. waarbij positie of koers worden aangeduid

F 42 B      19/38                   .    .    met middelen voor het naar de oppervlakte laten gaan van torpedo’s aan het eind van hun baan

F 42 B      19/40                   .    .    .    door het uitstoten van vloeibare ballast

F 42 B      19/42                   .    .    .    door het vrijgeven van massieve ballast

F 42 B      19/44                   .    .    .    door het vergroten van de verplaatsing

F 42 B      19/46                   .    aangepast om te worden gelanceerd vanaf vliegtuigen

 

F 42 B      21/00                   Dieptebommen (F42B 12/00 heeft voorrang; voor oefening of training F42B 8/28; aspecten met betrekking tot het richten B63G)

 

F 42 B      22/00                   Zeemijnen, bijv. gelanceerd vanaf oppervlaktevaartuigen of onderzeeërs (F 42 B 12/00 heeft voorrang; voor oefening of training F42B 8/28; mijnenleggen of mijnenvegen B63G)

F 42 B      22/02                   .    Contactmijnen (contactontstekingsbuizen F42C 7/02)

F 42 B      22/04                   .    Beïnvloedbare mijnen, bijv. door een magnetisch of akoestisch effect

F 42 B      22/06                   .    Grondmijnen

F 42 B      22/08                   .    Drijvende mijnen (met voortstuwingsmiddelen F42B 19/00)

F 42 B      22/10                   .    Verankerde mijnen

F 42 B      22/12                   .    .    op een vaste diepte

F 42 B      22/14                   .    .    op een variabele diepte

F 42 B      22/16                   .    .    .    gebruikmakend van mechanische middelen, bijv. een gewicht en een vlotter

F 42 B      22/18                   .    .    .    gebruikmakend van hydrostatische middelen

F 42 B      22/20                   .    .    .    gebruikmakend van magnetische of akoestische diepteregelmiddelen

F 42 B      22/22                   .    met automatische afzinkmiddelen

F 42 B      22/24                   .    Opstelling van mijnen in velden of barrières (netbarrières voor het verdedigen van havens F41H 11/05)

F 42 B      22/42                   .    met antiveegmiddelen, bijv. elektrisch

F 42 B      22/44                   .    aangepast om te worden gelanceerd vanaf vliegtuigen

 

F 42 B      23/00                   Landmijnen (F42B 12/00 heeft voorrang; voor oefening of training F42B 8/28)

F 42 B      23/04                   .    tegen voertuigen [5]

F 42 B      23/08                   .    .    niet-metaalachtig [5]

F 42 B      23/10                   .    tegen personen [5]

F 42 B      23/14                   .    .    niet-metaalachtig [5]

F 42 B      23/16                   .    .    in de vorm van een raketprojectiel, d.w.z. ontploffend na het uitwerpen vanaf de grond (ontstekingsbuizen voor het laten beginnen met het uitwerpen van mijnen F42C 1/09) [5]

F 42 B      23/24                   .    Details

 

F 42 B      25/00                   Afwerpbommen (F42B 10/00 en F42B 12/00 hebben voorrang; voor oefening of training F42B 8/12) [5]

 

F 42 B      27/00                   Handgranaten (F42B 12/00 heeft voorrang; voor oefening of training F42B 8/12)

F 42 B      27/08                   .    met een handgreep

 

F 42 B      29/00                   Raketprojectielen die zonder geluid, rook of flits worden gelanceerd door hun eigen explosieve stuwstof

 

F 42 B      30/00                   Niet elders ondergebrachte projectielen of raketprojectielen die worden gekenmerkt door de munitieklasse of munitiesoort, bijv. door de gebruikte lanceerapparatuur of het gebruikte wapen (F42B 10/00, F42B 12/00 en F42B 14/00 hebben voorrang) [5]

F 42 B      30/02                   .    Kogels [5]

F 42 B      30/04                   .    Geweergranaten [5]

F 42 B      30/06                   .    .    Kogelvallen of kogelvertragers daarvoor [5]

F 42 B      30/08                   .    Projectielen of raketprojectielen voor geschut, bijv. omhulsels [5]

F 42 B      30/10                   .    .    Mortierprojectielen [5]

F 42 B      30/12                   .    .    .    met een voorziening voor extra stuwladingen, of voor het variëren van de lengte [5]

F 42 B      30/14                   .    Harpoenen (voor in de hand gehouden veerpistolen of luchtdrukgeweren F42B 6/02) [5]

 

F 42 B      33/00                   Maken van munitie; Ontmantelen van munitie; Apparatuur daarvoor (F42B 5/188 heeft voorrang; fabricageprocessen voor holle ladingen F42B 1/036; maken van initiatoren voor explosiepatronen F42B 3/195)

F 42 B      33/02                   .    Vullen van patronen, raketprojectielen of ontstekingsbuizen; Inbrengen van stuwladingen of explosieve ladingen

F 42 B      33/04                   .    Aanbrengen of verwijderen van ontstekingsmiddelen in en uit ontstekingsbuizen of ladingen

F 42 B      33/06                   .    Ontmantelen van ontstekingsbuizen, patronen, projectielen, raketprojectielen, raketten of bommen (F42B 33/04 heeft voorrang)

F 42 B      33/10                   .    Opnieuw conditioneren van gebruikte patroonhulzen

F 42 B      33/12                   .    Afbrokkelen van hagelpatronen

F 42 B      33/14                   .    Oppervlaktebehandeling van patronen of patroonhulzen

 

F 42 B      35/00                   Testen of controleren van munitie

F 42 B      35/02                   .    IJken, sorteren, afwerken of inkorten van patronen of raketprojectielen

 

F 42 B      39/00                   Verpakken of opslaan van munitie of explosieve ladingen; Veiligheidsaspecten daarvan; Patroonriemen of patroontassen

F 42 B      39/02                   .    Patroontassen; Bandelieren

F 42 B      39/08                   .    Patroonriemen

F 42 B      39/10                   .    .    Machines voor het aanbrengen van patronen in, of het verwijderen van patronen uit, toevoerriemen

F 42 B      39/14                   .    Beschermingsvoorzieningen tegen explosie of brand bij munitie of verpakkingen (F42B 39/20 heeft voorrang) [5]

F 42 B      39/16                   .    .    Blussen van brand [5]

F 42 B      39/18                   .    .    Warmteschilden; Thermische isolatie [5]

F 42 B      39/20                   .    Verpakkingen of munitie met kleppen voor drukvereffening; Verpakkingen of munitie met proppen voor drukontlasting, bijv. smeltbaar [5]

F 42 B      39/22                   .    Vergrendelen van munitie in transportcontainers [5]

F 42 B      39/24                   .    Schokabsorberende voorzieningen in verpakkingen [5]

F 42 B      39/26                   .    Verpakkingen of containers voor een hoeveelheid munitie, bijv. patronen (F42B 39/14 tot F42B 39/24 en F42B 39/28 hebben voorrang) [5]

F 42 B      39/28                   .    Munitierekken, bijv. in voertuigen [5]

F 42 B      39/30                   .    Containers voor detonatoren of ontstekingsbuizen (F42B 39/14 en F42B 39/20 hebben voorrang) [5]

 

F 42 B      99/00                   Onderwerpen voorzover niet vallend onder andere groepen in deze subklasse [8]